Profile
Blog
Photos
Videos
De zondag na de Prambanantrip doe ik rustig aan. Ik werk dit blog bij; maak het filmpje over de optocht; doe wat werk voor school. Ik neem zelfs de tijd om buiten wat te lezen.
Later in de middag fiets ik weer naar de Malioboro, en loop ik de straatjes van Sosjowiran af. In één van de smalle tussenstraatjes ontdek ik een Spaans restaurant. Daar ga ik als het donker is wat eten. Het Spaanse aanbod blijkt echter mager en weinig aantrekkelijk; dus houd ik het weer maar bij nasi goreng met saté van garnalen en tahoe, voorafgegaan door heerlijke spinazie-kippensoep.
Later zoek ik op, wanneer ik deze week terecht kan in het Manoharahotel , op het terrein van de Borobudur. Dat blijkt woensdag te zijn. Ik boek bij Agoda, met een flinke korting, vanwege onze bonuspunten. Woensdag ga ik dus fietsen naar de Borobudur (ca. 40 km), en donderdagmiddag terug.
Het filmpje uploaden op Kilroy heb ik ook op zondagavond geprobeerd. Het gaat heel langzaam, duurt uren, en ineens is het afgebroken en verdwenen. Dan maar 's nachts geprobeerd: De volgende ochtend zie ik dat het nu wel gelukt is.
Deze dag, maandag 22 oktober, fiets ik naar Kota Gede, dat tegenwoordig deel is van Yogyakarta, maar vroeger een aparte stad was. Het ligt op ongeveer zeven km van Tigalima. Kota Gede was de eerste hoofdstad van de Mataramvorsten, die hier vanaf 1570 regeerden. Pas later (1755)ontstonden hieruit de sultanaten van Solo (Surakarta) en Yogyakarta.
Mijn eerste doel is de begraafplaats van de vorsten, omdat daar de eerste vorst Senopati begraven ligt en je die begraafplaats maar op enkele dagen van de week, en dan nog alleen 's morgen kunt bezoeken. Ik ben in juli hier ook geweest, en toe stond ik voor de gesloten poort.
De begraafplaats ligt in een schilderachtig complex samen met een moskee en de badplaatsen voor mannen en vrouwen. Je moet een aantal hoge poorten door om er te komen. De poort naar de vorstelijke begraafplaats staat inderdaad open, maar ik mag er alleen maar kijken. Pas nadat ik bij de badplaatsen ben geweest vraagt een Engels sprekende jongeman of ik naar het mausoleum van Senopati wil. Ja natuurlijk! Maar dan moet ik wel traditionele kledij aan: Een sarong, een blauw overhemd en een traditionele hoofdbedekking. Normaal houd ik niet van zulke verkleedpartijen, maar hier past het. Vervolgens moet ik op mijn blote overgevoelige voetjes over de hete stenen en het zand tussen de graven, begeleid door één van de "sleutelhouders". Het mausoleum staat vol grafstenen van de familie van Senopati. Achterin bevindt zich het graf van hemzelf. Mensen zitten hierbij, bidden en offeren bloemen op het graf. Fotografen of filmen mag hier niet.
Ik heb mijn fiets bij de begraafplaats neergezet en ga verder te voet door Kota Gede. Er is een grote overdekte markt verderop, heel schilderachtig. Alle mensen groeten je hier. Ze vinden het heerlijk om gefilmd te worden.
Vanaf de markt loop ik verder het plaatsje door, vooral op zoek naar bijzondere huizen uit het begin van de vorige eeuw, met een mix van lokale en Europese stijlen. Eén ervan was in juli nog verlaten en vervallen, en wordt nu gerestaureerd (Dalem Proyodranan, uit 1927).
Verderop is het grote smaakvolle art deco-restaurant Omah Dhuwur. Ik ga hier wat eten en drinken, lekker genietend van een in verhouding fris windje en uitzicht op de mooie tuin.
Via wat kleine straatjes en het afzichtelijk grote en kitscherige huis van de rijke bewoner Rudi Pesik, ingeperst in zo'n smal straatje ga ik naar het wijkje, dat op de vroegere alun alun is gebouwd. Daarna voert de weg tussen veel groen (en helaas hopen afval) door terug naar de vorstelijke begraafplaats.
Kota Gede is bekend vanwege de vele zilverwerkplaatsen en verkopers, maar die laat ik voor wat ze zijn.
Ondertussen is het ruim vier uur geweest. Bij het kiezen van een afslag op de terugweg zit ik fout. Een paar keer vraag ik mensen de weg. Uiteindelijk kom ik terug ten zuiden van de karton, en nu vind ik makkelijk - zij het met een flinke omweg - de weg terug.
's Avonds ga ik eten in de straatjes bij de Sanata Dharma, waar ik studenten tegenkom bij twee restaurants. Zelf ga ik naar een Indonesisch restaurant, waar ik verse sinaasappelsap, nasi goreng ayam, kipsaté en waterspinazie eet. Het is echt heerlijk, en kost bijna niets (nog geen 4 euro).
Dinsdag eerst weer werk nakijken, reageren op mails van studenten en dit blog bijwerken.
Daarna ga ik naar het niet zoveel verder gelegen Affandimuseum fietsen, gewijd aan één van de belangrijkste moderne schilders van Indonesië. Het museum is gevestigd in het vroegere huis van de schilder, met aparte gebouwen, voorzien van veel rondingen in een mooie groene omgeving, vlak langs de rivier, maar ook met een brede drukke weg ervoor. De oudere schilderijen kunnen mij het meest bekoren. Op een film kun je zien, dat Affandi met zijn hele lijf, en met zijn handen schilderde. Hij stierf in 1990.
Daarna fiets ik nog wat verder in oostelijke richting, naar de grote Ambarukmo Mall, waar ik op de bovenste verdieping een heerlijke salade met garnalen eet.
' s Avonds gaan we met de taxi naar Prawirotaman, waar we met alle meiden (behalve Maaike, want die is ziek en Melanie houdt haar gezelschap) gaan eten. Het is even zoeken naar restaurant Milas, maar dat lukt tenslotte. We zitten in een soort paviljoentje, wel wat onhandig op de grond. Het is een vegetarisch restaurant, maar echt verrukkelijk. De gezelligheid wordt wel even onderbroken, als er een tjiktjak op één van de dames valt: Gegil, gespring, vooral van de meiden die me eerst nog het stoerst toeschenen. Alleen Els blijft rustig zitten.
Julian heeft hier lekker pancakes gegeten (de tweede hebben we stiekem besteld, toen Els even weg was), en hij heeft mij geholpen met fotograferen.
- comments
Roland Dat ziet er erg gezellig uit! Veel plezier en lekker rondkijke bij de Borobudur. We hebben morgen weer even contact. Maar eerst met je moeder(tje) en zus skypen... Ik kom later wel aan de beurt. Dikke kus Roland