Profile
Blog
Photos
Videos
Na de heerlijke, maar best vermoeiende Borobudur-dagen doe ik het wat rustiger aan. Vrijdag 26 oktober maak ik het blog van de voorgaande dagen af en zoek ik foto's erbij. Ik "plak" het hele filmpje van Kota Gede (had alleen de markt voor het blog; correspondeer met de mensen van Sanata Dharma enz. Ook wel eens lekker zo'n dag tussendoor om nu eens niks echt te hoeven (nou ja niks….) Later in de middag fiets ik weer eens een keertje naar de Malioboro, die ik aan beide kanten af loop. Daarna ga ik eten bij Superman. Als ik zie dat ze er tournedos hebben, krijg ik mooie beelden van zo'n mooi dik stukje vlees. Ik krijg al argwaan als er niet gevraagd wordt, hoe de tournedos gebakken moet worden. En ja hoor, wat wordt opgediend is op zijn best een bieflapje. Het smaakt wel redelijk, met frietjes en groente erbij. Moet ik maar dichter bij mijn principes blijven!
Zaterdag 27 oktober nog een tamelijk rustige dag. Omdat de mijn kamer, toen ik deze voor twee maanden bestelde al voor 27 en 28 oktober gereserveerd was, koos ik er voor om niet moeilijk te doen en die reservering te laten staan (Sela, de eigenaresse van Tigalima, had wel aangeboden er moeite voor te zullen doen). Ik krijg een smsje dat ik om elf uur naar de "standard room" kan, in het andere gebouwtje. Tegen die tijd brengen we de grote hoeveelheid tassen van Els, Julian en Maaike en de enorme koffer van Melanie naar een andere ruimte. Die hoef ik zo niet heen en weer te sjouwen. Zij zijn een paar dagen naar Bali (Kuta) en hebben wat ze niet nodig denken te hebben bij mij gestald.
De standard room valt best mee: Keurig, met een bank, tafel en stoel, keurige badkamer, lekker groot bed, koelkast, airco en een zitje buiten; ook een heel aardige tuin om en en tussen alle kamers. Natuurlijk wel een heel stuk kleiner, geen waterkoker enz.
Verder wat nagekeken, uitgezocht enz.; even wennen aan de nieuwe kamer. Later in de middag fiets ik via de enorm drukke Malioboro en de grote alun-alun (Alun- alun kidul) voor het paleis naar de noordkant van het paleisgebied, waar de muur mooi hersteld en wit geverfd is. Bovendien is hier de noordelijke poort. Boven op die poort kijk je naar de kleinere alun-alun (Alun-alun lor). Daar ga ik vervolgens naar toe. Hier is het levendig: mensen rijden met hun gezin in paardenkoetsjes en een soort fietsauto's rond; er wordt speelgoed en heel veel eten verkocht; jongens voetballen; anderen hangen rond.
Ik fiets nog wat rond in het gebied ten noorden van de muur; daarna keer ik terug naar de Alun-alun kidul, waar een avondmarkt is: heel gezellig met overal felle lampen. Veel kleding, maar ook kleurige stalletjes met snoep en fruit; een disney-attractie met vier figuren, die door een op zijn fiets trappende jongen wordt aangedreven; heel veel kleine eetkarretjes enz.
Ik heb mezelf beloofd om vandaag weer bij Tidak Nyonya te eten, en fiets daarheen. Ik geniet weer van het allerbeste eten dat ik ken, en ga vandaag op veilig met Nyonya's rijsttafel.
Zondag 28 oktober moet er maar weer eens echt wat gebeuren vind ik: In de heerlijke warmte (terwijl het in Nederland 's nachts vriest en zelfs een beetje sneeuw is gevallen heb ik gelezen….) fiets ik richting Prambanan, om de kleinere tempels rondom dat complex te gaan bekijken.
Ongeveer halverwege is er al een weggetje naar Candi Sambisari. Tussen rijst-, mais en perpervelden bereik ik de tempel, die in 1976 ontdekt werd, meters onder het oppervlak, door verschillende uitbarstingen van de Merapi bedenkt. Het is een hindoeïstische tempel uit de 8e eeuw, met twee ommuringen en tegen de tempel beelden van Durga, Ganesha en Agastya.
Terug naar de hoofdweg kom ik enkele kilometers verderop bij Candi Sari, een boeddhistisch kloostergebouw uit dezelfde periode met twee rijen hemelse figuren tegen de gevel en binnen drie ruimtes van twee verdiepingen. Hier zijn er vensters met fijne kalamakara omrandingen.
Dan fiets ik verder richting Prambanan, en om dat complex heen. Weer enkele kilometers verder kom ik bij Candi Plaosan, bestaande uit twee delen, ook weer uit de 8e eeuw.
Candi Plaosan Lor is het grootste complex. Centraal zijn er twee grote apart ommuurde kloostergebouwen, die rijk versierd zijn. Voor die gebouwen staan er twee grote wachterfiguren (dwarapala's). De bovendelen van de kloosters bestaan uit rijen stoepa's. Binnen zijn er drie ruimtes. In elke "kamer" zijn er twee goed bewaard gebleven bodhisatwa's in het rechter kloostergebouw. De Boeddha's, die steeds tussen hen in zaten, zijn verdwenen. In het linkerklooster zijn de bodhisatwa's flink beschadigd.
Om de complexen met de kloostergebouwen heen zijn er rijen met de ruïnes van stoepa's en tempeltjes. Een rij tempeltjes achter het linkercomplex is gerestaureerd.
Verder achteraan is er nog een rechthoekig platform met in een halve rechthoek bodhisatwa- en boeddhabeelden, vrijwel allemaal beschadigd, maar toch indrukwekkend.
Aan de andere kant van de weg ligt nog een ander complex, Plaosan Kidul, met zes gerestaureerde kleine tempels, die allemaal voorzien zijn van een voorhal met een gebogen luifelachtig dak. Van andere tempels en stoepa's zijn er alleen nog steenhopen, maar verderop onder de grond zie je hopen, die nog onder de grond zitten. Hier zal mettertijd dus nog wel verder onderzoek gedaan worden.
Op de terugweg richting Prambanan is er in een piepklein dorpje een bruiloft bezig. Jongemannen voeren hier een traditionele paardendans uit. Terwijl ze met een soort speelgoedpaard dansen, speelt muziek en wordt er gezongen. Hun menner slaat hard met een zweep op de grond, maar ook tegen en op de dansers. Ze schijnen daar niks van te voelen……; tonen ook geen emotie of pijnreactie. De dansers drinken uit een teil met water en krijgen eten zoals een paard toegestopt. Later dansen ze ook nog in een vuurtje.
Een danser, die zicht helemaal gegeven heeft, wordt opgevangen, door andere mannen. Eén van die mannen klimt ook nog bovenop hem. De danser valt op de grond, en word dan liefdevol geknuffeld en weer bij zinnen gebracht.Zo komt danser na danser hierbij aan de beurt.
Achter het Prambanancomplex heeft ruim een week geleden een aardige vrouw geholpen door te bellen of ik aan deze kant de Sewutempel kon bekijken. Ik wil daar wat drinken en eten. Ze herkent me, en bakt overheerlijke nasi goreng voor mij. Ik drink er lekker koud water bij, en ze komt er gezellig bij zitten. Het kost nog geen euro…… (maar ik geef wat meer).
Ik steek de weg tegenover de Prambanantempel over. Nu is het weer richting Yogya terug. Enkele kilometers verderop kom ik bij Candi Kalasan, ook weer een boeddhistische tempel, met de kern uit de 7e en de rest uit de 8e eeuw. Opvallend tegen de gevel zijn de grote en grootste kalamakaraversieringen. Binnen in de tempel is nog de grote stenen troon van de Boeddha (of Tara?) met aan de zijkanten versieringen met een olifant, leeuw en makara. De hoofdrolspeler zelf is verdwenen.
Terug naar Yogya is een peulenschil nu ik de weg ken. Rond vier uur ben ik weer "thuis". 's Avonds probeer ik een restaurantje, Tidak Jamoer, dat vlakbij aan de straat ligt. Hier neem ik de gebruikelijke strawberryjuice, en nasi goreng super (klinkt meer dan het is) en saté. De saté is van paddestoelen, die trouwens ook in de nasi goreng verwerkt zijn. Het smaakt prima, en dat voor ongeveer 2 euro 50!
- comments