Profile
Blog
Photos
Videos
Een beetje stijf van de klimtocht van gisteren staan we op. Vandaag gaan we naar het Royal Albatross Centrum op het puntje van het Otago schiereiland. Op Taiaroa Head (Pukekura) zit de enige broedkolonie van Royal King Albatrossen aan vaste wal. De rest zit op eilandjes voor de kust. We zijn een paar uur te vroeg, het centrum gaat pas om half twaalf open. Daarom gaan we eerst de omgeving verkennen. Er zijn verschillende platforms waar je uitkijkt op verschillende soorten kolonies. Zo zien we twee verschillende soorten aalscholvers, die hun jongen aan het voeren zijn. Een zeer onsmakelijk gezicht. En dan hebben we het nog niet over de wit bevlekte rotswanden, met demonstratie van diverse vogels hoe dat zo komt. We lopen langs een meeuwenkolonie, waarbij piepjonge kuikens en wat pubermeeuwtjes om aandacht vragen. De ouders kunnen er trouwens ook wat van, wat een lawaai. We besluiten koffie te gaan drinken, boven op de heuvel. Tegen de tijd dat we klaar zijn kunnen we het centrum zo binnen lopen. Door een zeer grappige gids worden we voorgelicht over het wel en wee van de albatrossen. Het is de periode dat de ouders om de buurt op het nest zitten. Het duurt elf weken en het kan zo een week duren voor ze worden afgelost, dus de kans dat je de albatrossen ziet vliegen is klein. Ook al zijn er op deze plek ongeveer 70 paren aan het nestelen. Een overvliegende albatros moet wel indrukwekkend zijn, met een spanwijdte van drie meter. Het landen kan soms wat moeizaam zijn en is eigenlijk alleen mogelijk wanneer er geen hoge begroeiing is. En dat kon hier pas, nadat er in 1885 door dreiging van een oorlog tussen Rusland en Engeland behoefte was aan een fort op deze plek. Alle begroeiing werd toen rigoureus verwijderd, tot groot genoegen van de vogelpopulatie. Dat de albatrossen hier broeden is pas sinds 1920 en dat resulteerde pas in een kuiken dat uitvloog, in 1938. Voor die tijd werden de albatrossen te veel verstoord. Ze zitten om de beurten elf weken lang op één ei. Waarna het kuiken er drie dagen over doet om uit te komen. En dan moet het op den duur moddervette kuiken nog een half jaartje verzorgd worden, er kan dus een hoop mis gaan gedurende die tijd.
Na een introductie praatje en een film, gaan we naar de observatiehut. De hut heeft uitzicht op vijf nesten, wat voor hetzelfde geval nul zou kunnen zijn. De rest heeft namelijk een plekje net om het hoekje gevonden. Er staat een tiental moddertorentjes bij elkaar, met een kuiltje bovenin. Daar hebben aalscholvers gebroed. En er zitten wat meeuwen, gezellige boel hier. Naar een paar stilzittende albatrossen kijken, begint op den duur een beetje saai te worden. Geen vliegende albatrossen vandaag.
We krijgen nog een rondleiding door het fort en uitleg over de "Disappearing Gun" uit 1889.
Het informatiecentrum zelf hadden we nog niet zo goed bekeken. Er is een tentoonstelling over albatrossen natuurlijk, maar ook wordt het verschil uitgelegd tussen pelsrob en zeeleeuw.
Ons excuus, maar we weten het nu zeker, alles wat we tot nu toe gezien hebben zijn pelsrobben, ook wel Nieuw Zeelandse Zeeberen genoemd. Met, inderdaad Ingeborg, oortjes. Wel piepkleine, dus op zich niet zo gek dat we ons tot nu toe hebben vergist. Maar vandaag konden we erg dichtbij komen en ja hoor, ze zaten er echt, die oortjes. Zeeleeuwen komen, behalve op enkele eilanden, in Nieuw Zeeland alleen hier op het Otago schiereiland voor, dus is alles wat we tot nu toe gezien hebben geen zeeleeuw. Alleen gisteravond hadden we die kans. Misschien moeten we thuis de foto's maar eens goed bekijken, of er pelsrobben zonder oortjes tussen zitten. Hebben we misschien toch zeeleeuwen gezien terwijl we op pinguïn jacht waren.
Moe maar voldaan gaan we weer op weg. We gaan weer een eind rijden. Onderweg maken we een stop bij de "Moeraki Boulders". Grote ronde bollen die op het strand liggen en uit de klif steken. We gaan weer verder na deze toeristische attractie.
Wanneer we een bordje 'camping met sauna' zien, zijn we om. Ze hebben niet zoveel met sauna's in Nieuw Zeeland, je ziet ze nauwelijks. Spa's wel, warm water baden, ook lekker. Maar een sauna nee, dus daar verheugen we ons al op. Helaas verstaan ze onder sauna toch iets anders dan bij ons. Want we eindigen, in badpak, in een kleine infrarood cabine. Wel warm, dat wel.
- comments
Annemie van Doren Wow, een spanwijdte van 3 meter die Albatrossen en een Adelaar heeft een spanwijdte van ± 2,5 meter, weet ik door een spreekbeurt van Mike, en Adelaars worden daarom ookwel "vliegende deur" genoemd. Dan zijn deze Albatrossen vliegende superdeuren...haha. Jammer, dat jullie ze niet hebben zien vliegen (die vogels, haha) dat zou i.d.d. wel indrukwekkend zijn geweest. Groetje, Annemie.