In het Yellowstone park mag je niet in het wild slapen, vannacht hebben we na lang zoeken een camping gevonden. Deze camping had geen plek om je te wassen. Douchen hebben we daarom bij een serviceplek gedaan, waar je eventueel ook je was zou kunnen doen. Waarna we aan de rand van het park bij een camping met weinig faciliteiten zijn gaan slapen.
We verlaten Yellowstone park aan de zuidzijde en gaan via het kleine John D Rockefeller, JR. Memorial Parkway naar het Grand Teton Park. En moeilijk met betalingen en pasjes doen ze niet, want we kunnen zo naar binnen.
Het Grand Teton Park is totaal anders dan Yellowstone merken we. Geen dampende geisers of fumaroles, dramatische geologische plekken en naaldbossen langs de kant van de weg, maar gras met wilg en een brede stenige riviervlakte. Een liefelijk park, vol bloemen.
We stoppen bij Colter Bay Visitor Center waar we een praatje bijwonen van de Ranger over de bijzondere plekken in dit Nationale Park. Waaronder zijn bloemrijke velden, de grote sagebrush vlaktes en zijn riviergebieden.
Op aanraden van de ranger nemen we ook een kijkje bij Jackson Lake Lodge. Hier met uitzicht over een wilgen gras vlakte zitten we in een grote gezellige zaal. De Wifi hier is snel, dat is fijn want we hebben een achterstand met het versturen van onze foto's. Met het uploaden, mail beantwoorden van onze vorige irritante autoverhuurder en andere noodzakelijkheden zijn we acht uur bezig. Er is gelukkig een cafe en winkels, waar ik een kijkje ga nemen. Waarschijnlijk vinden meer mensen dit een bijzondere plek, want buiten wordt er een bruiloft gehouden. Het uitzicht met de wilgen en op de achtergrond de grote bergen is ook wel bijzonder. Jammer dat de lucht door al die branden nu erg heiig is en de bergen minder goed te zien zijn. Helemaal gaar gaan we weg, maar de 1250 foto's zijn tenminste verstuurd. Al die herinneringen aan het Yellowstone zijn nu veilig.
Na een stop bij een katholieke kerk, vermomd als blokhut, rijden we nog wat rond om het park te bekijken. We doen nog wat boodschappen, bekijken een blokhut en gaan dan op zoek naar een camping. Op de gratis kaart van het park staat aan het eind van een lange unsealed road een camping vermeld. Het is een prachtige weg er naar toe, we komen langs twee paardenkampen. O, wat had ik dit graag willen doen toen ik jonger was. Rijden door de natuur, één met je paard.
Verder en verder rijden we, tot we op een eenzame camping terecht komen onder forse populieren. De grond bestaat uit ronde stenen en overal staan beren boxen. Een ijzeren ring geeft de plek aan waar je een houtvuur kan maken, wat Theo enthousiast ten uitvoer brengt.
Die nacht eten we bij een houtvuur, terwijl de hemel boven ons bezaaid is met sterren.
Hetty