Profile
Blog
Photos
Videos
Gisteren hebben we twee intrigerende bordjes gezien toen we naar Laura's museum gingen. Een bruin richtingsbord met petrogliefen erop. We zijn nogal nieuwsgierig van aard, dus besloten we uit te zoeken wat het was.
Midden in een grasvlakte ligt een laag gebouw, waar als we wat aan de deur rammelen een mevrouw verschijnt. Het is zondag, ze gaan later open. De petrogliefen blijken oude rotsgraveringen te zijn. Daar, snap je, zijn we wel in geïnteresseerd. Ergens daar in de grasvlakte, wat voor een deel originele prairie is, liggen rotsen aan de oppervlakte waar duizenden jaren lang mensen tekeningen in de rots hebben gegraveerd.
Via een graspad door het hoge gras lopen we een lange route. Och wat is dat toch een mooi landschap, zoveel verschillende kleurige planten wuivend in de wind. Bij een paar lage bosje, duikt het pad omlaag en zien we een rood kleurige rots. Een bord verklaart dat dit een favoriete plek was voor bizons met jeuk en duizenden jaren schuren heeft er voor gezorgd dat de rots gepolijst is. Ik kan het niet nalaten om over de gladde rots strijken.
Het is heerlijk wandelen over het kronkelende graspad over de prairie in de zon. Bij het bezoekerscentrum in de verte zien we een bizon staan. We hebben een hek bereikt en zien beneden ons zo'n super modern bedrijf liggen, met de grote silo's die je hier overal ziet. Langs het hek zie je in het gras vaag een tweewielig spoor die, volgens een bordje, misschien ontstaan is door postkoetsen of pioniers wagens.
Rode rots komt tevoorschijn tussen het gras. En als we doorlopen zien we diverse grotere plekken waar een route is uitgezet. Plat op de grond met op sommige plekken ribbels in de rots alsof het strand is en het water er nog overheen stroomt. Bordjes laten zien waar je de graveringen kunt zien. Midden op de dag is het, de zon staat hoog. Ik zie helemaal niets op de rots, ja wat inscripties met data uit achttienhonderd, namen. Volgens de bordjes zijn er mannetjes te zien, rechthoekige symbolen, slangen, maar ik zie niets. Volgens het informatiebord kun je alles het beste zien 's morgens vroeg en 's avonds laat. Het is niet voor te stellen dat hier iets te zien zal zijn, zelfs dan niet.
Teleurgesteld lopen we terug, waar een officieel uitziend persoon op een bankje zit. Misschien de gids van de één uur rondleiding. Dat blijkt zo te zijn, we zijn de eersten. We krijgen een geplastificeerd A3 setje met foto's van zes plekken met gravures en een tijdbalk er onder. Het zijn de plekken waar we net geweest zijn, ik ben benieuwd. Duizenden jaren lang hebben mensen in de rots hier met moeite iets gemaakt. Zeggen ze...... Ik wil bewijs.
En dan, alsof er een wonder gebeurt, ik zou er bijna in gaan geloven, verschijnen daar de petrogliefen. Met een beetje hulp van een bord en een spiegel weliswaar. Het is een mirakel. Het bord houdt het zonlicht van boven tegen, en de spiegel zorgt voor strijklicht en dus schaduwen in de ondiepe groeven. Waarom ze gemaakt zijn is toch gissen. Zijn het rituelen, kaarten om goede jachtgronden aan te geven, laten zien dat je er geweest bent, plaatjes bij verhalen, mythen van tweelingen en een hond die je de weg wijst na het hiernamaals? Het blijft raden. Het is wel duidelijk waarom hier. Vanuit de verte zie je deze rode plek als een markering in het gebied. Bespaard gebleven omdat het land hier niet te bewerken is, is hier nog een stuk oorspronkelijke prairie, een bijzonder gebied.
De verhalen van de gids bij de diverse plekjes zijn interessant. We zien handen, mannetjes, een werpstok met steen, een hond, een vrouw, het zijn duizenden inscripties. Ook de mythische verhalen over een tweeling, die me aan een vergelijkend verhaal van de Maya's doet denken.
Teruglopend bedenk ik dat zodra we terug zijn ik de bibliotheek eens zal bezoeken. Misschien dat ze boeken hebben over al deze verhalen.
Voor het bezoekerscentrum staat een nep bizon, die je kan gebruiken als doel, om een werpstok een speer uit te proberen. Binnen staat een display van een hond met slee. Die slee bestaat uit drie stammetjes met een huid er tussen. In de slee liggen allerlei dingen, en een gids is kinderen aan het uitleggen wat ze voor dienden. Het is een leuk klein informatie centrum.
We rijden verder over de lange rechte weg tot we het bordje "sodhouse" weer zien, dat ons gisteren opviel. Het is bij een boerderij, waar de eigenaar meer dan twintig jaar geleden zelf meerdere plaggenhutten heeft gemaakt. Helaas vragen ze, misschien wel begrijpelijk, overal geld voor, wat het wel duur maakt om overal te gaan kijken. Maar we zijn hier nu, dus we doen het toch maar. Het sodhouse is een vrij groot, tien bij vijf meter schat ik, van plaggen prairiegrond gemaakt rechthoekig huis. We gaan de houten deur door. Van binnen is het wit gekalkt en ziet er best bewoonbaar uit. Het is één grote ruimte waar een groot bed in staat en kasten, een ijzeren kookkachel en een grote tafel. Ik zou er zo in willen trekken. De andere hutjes zijn kleiner en zien er minder goed uit.
Terug in de auto besluiten we weer richting Minneapolis te gaan. Bij een restaurant eten we een broodje en raken in gesprek met een mevrouw. Ze vertelt dat ze in China is geweest, bij de ouders van een student. 's-Avonds heeft ze daar een mooie voorstelling gezien, met licht en bootjes en tientallen mensen. Wat grappig, het klinkt als de voorstelling die wij ook hebben gezien, en dat blijkt het ook te zijn. Ze geeft de tip om even een park in te gaan, wat vlakbij ligt.
Dat park blijkt een kleine dierentuin te hebben met buffels, prairiehondje en een elk, wat een soort groot hert is. Bij een prachtige kloof en verderop een grote waterval. Daarna rijden we door, terug naar Minneapolis, waar we met moeite een hotel vinden die betaalbaar is.
Hetty
- comments