Profile
Blog
Photos
Videos
De drie straatjongens hebben tegenover het hotel geslapen om op tijd te zijn. Carol neemt ze mee omhoog voor een douche en wanneer ze terug zijn zien ze er heel wat beter uit. Met een schoon T-shirt waar de paus opstaat. Deze heeft Lynne gisteren gekocht van een non, die ze zelf heeft ontworpen. Ze heeft er één aan de paus gegeven, eigenlijk aan de Garde, dus ik vraag me af of de paus het heeft gezien. We gaan vandaag weer naar het zelfde dorpje als gisteren (Old Kawayan) om te helpen met bouwen van de nieuwe GK village. De studenten zijn ondertussen weer een andere sloppenwijk aan het bezoeken. We zijn zo langzamerhand aardig bedreven in het zoveel mogelijk personen proppen in een busje. De kinderen zitten voorin, ze zijn het eten naar binnen aan het werken wat Carol net voor ze heeft gekocht. Onderweg koopt ze ook nog slippers en kleding voor ze. Het zijn twee broers en een vriend, 7, 9 en 11 jaar oud. De broers zijn weggelopen omdat de stiefvader ze mishandelde. En hun vriend is alleen omdat zijn ouders in de gevangenis zitten. We nemen ze mee naar de nonnen, die voor hun gaan zorgen.
Onderweg moeten we nog werkhandschoenen halen, gisteren zagen we dat de werkers sokken droegen om de blokken te dragen. De plek is moeilijk te vinden omdat er geen nummers op huizen staan. De winkels zijn hier open, je kijkt zo naar binnen. Reclame en naambordjes zijn niet nodig, met een bundel oranje handschoenen gaan we verder.
Wanneer we bij het dorpje zijn aangekomen lopen we het inmiddels vertrouwde paadje af. Langs de twee visvijvers die vernield zijn tijdens de tyfoon, omhoog naar het huis en kapel van de nonnen. We hebben de nodige spullen meegenomen om aan de bewoners van het dorp te geven. Met z'n allen maken we de tassen met het eten klaar. De drie jongens helpen hard mee. Ik probeer me nuttig te maken door te helpen met papieren in mapjes te doen. De planning is dat de studenten samen met de bewoners van het dorp hun dossier invullen. Wanneer de dossiers klaar zijn, zijn de studenten er nog steeds niet en hangen we een beetje rond. Ik had gedacht dat we zouden werken aan de huisjes, maar er gebeurt niets. Waarschijnlijk wachten we op de studenten, want er wordt wat gebeld. Naast ons is een jongen kokosnootschillen aan het verbranden. Hij probeert de vliegen te verjagen die hier in groten getale zijn. Ondertussen is het eten klaar en proberen wij wapperend te voorkomen dat er meer dan het eten naar binnen gaat. En daarna is het weer wachten. Ik heb er een beetje genoeg van en niemand schijnt te weten wat de planning is.
Dan eindelijk verschijnen ze, hongerig en dorstig. Zo te horen was de sloppenwijk van vandaag echt vies en triest.
Na het eten schijnt er geen tijd te zijn om iets te doen. De studenten geven aan de aanwezige toekomstige GK dorpsbewoners een zak met eten en er wordt een foto gemaakt. En dat is het. Niets bouwen of interviewen, er schijnt er geen tijd meer voor te zijn. Theo is ondertussen naar de visvijver aan het kijken, een horde kinderen achter hem aan. Een aantal studenten komt ook kijken. Ze vinden een mooie schelp die Theo afspoelt, maar het blijkt bewoond te zijn door een heremietkreeftje. We zien kleine pootjes en een paar nieuwsgierige oogjes.
We stappen in de busjes en rijden terug tot we een bordje "New Site" zien. Uiteindelijk komen we op een vlakte met duizenden witte kruisen. Het zijn de slachtoffers van de tyfoon van acht november 2014. De chauffeur is zijn zoon Julius Caesar van dertien toen verloren, hij moet hier ergens tussen liggen. We proberen het kruis met zijn naam te vinden, maar dat lukt niet. Niet alle kruisen hebben een naam. Alleen de eerste helft en sommigen daarvan hebben een datum en af en toe een foto. Een paar kruisen hebben een grafsteen. En het is maar de vraag of die persoon daar echt ligt. Ik hoor dat het een massagraf is, dus zelfs de chauffeur weet niet echt waar zijn zoon ligt. Achterin staan de witte smalle houten kruisen schots en scheef tussen het hoge onkruid. Het moet een chaotische tijd zijn geweest.
We rijden verder, over de langste brug van de Filipijnen. Aan weerszijden staan soldaten en de gebruikelijke slow down bordjes. Het verbindt Leyte met Samar, waar het restaurant waar we naar toe gaan boven op de heuvel ligt. Terwijl we naast een mooi blauw zwembad zitten, kijken we naar beneden op het dorpje waar we net nog waren, aan de andere kant van de zeestraat. Het ligt daar kwetsbaar aan het water. Hopelijk staan volgend jaar de huizen op de helling, heel wat veiliger. Ze krijgen allerlei kleurtjes zodat het vanaf de brug straks net een regenboog lijkt. Het eten is heerlijk en op de terugweg val ik in slaap tot we ineens stoppen. We hadden al verhalen gehoord van generaal MacArthur, die de Filipinos beloofd had om terug te komen, toen de Amerikanen tijdens de tweede wereldoorlog verjaagd werden. En hij kwam terug, iets waar ze hem nog altijd dankbaar voor zijn. Op de plek waar we gestopt zijn staat een groot monument om dat te herdenken. In een vijver staan grote beelden van soldaten, het lijkt of ze zo uit de zee het land op lopen. We moeten morgen hééél vroeg op, dus wanneer we weer gaan rijden ben ik blij dat de rit niet al te lang meer is. Ik merk er niets meer van dat Theo de kamer uitgaat om te vragen of de karaoke nog lang doorgaat. "Sorry meneer, nog een kwartiertje" vertelt een hotelmedewerker hem. Inderdaad gaat precies om tien uur de loeiharde muziek uit en kan ook hij gaan slapen.
- comments