Profile
Blog
Photos
Videos
Het Waterton-Glacier International Peace park waar we nu zijn heeft een deel in Canada en een deel in de USA. Na het opstaan verlaten we de parkeerplaats bij de rode canyon. Het weer is omgeslagen, het is regenachtig. We zitten hier op de rand tussen prairie en bergen. We nemen nog een kijkje in het bezoekerscentrum, maar dat stelt niet veel voor. Daarom rijden we terug om via Chief Mountain Road de USA in te gaan. We zien een grote ronde vulkaankern en stoppen in Babb waar een splitsing is en we koffie drinken.
Het is hier vochtig en groen in dit park, bij een ondiepe plas zien we beverburchten. Het bos om de plas staat vol met afgeknaagde stompen. Die zijn ook gebruikt om de afvoerpijp te stremmen die onder de weg door ligt. Vlak ervoor is namelijk een houten dammetje gemaakt. Jammer dat we de bevers niet te zien krijgen, ondanks dat we een tijdje rustig aan de oever hebben zitten kijken.
Hier vlakbij is het USA gedeelte van het Peace Park bij Many Glacier. Bij de ingang van het Glacier National Park kopen we een kaart waarmee we alle Nationale parken en Monumenten in de USA kunnen bezoeken.
Met een riviertje mee rijden we het groene dal in. Aan de rechterkant van ons is een flauwe helling onderaan de berg. Er staan auto's langs de kant van de weg die aangeven dat er wat te zien valt. Een "beer file", want op de flauwe berghelling loopt hoog boven ons een zwarte beer die bessen eet. De top van de bergen zijn kaal met gelig en grijsgroen gesteente. Bij een groot hotel aan de rand van het meer parkeren we, het is lastig om een plek te vinden. Het is koud hier, met een trui muts, handschoenen en jas aan gaan we ontbijten. Zo koud heb ik het deze vakantie alleen in Nieuw Zeeland bij de gletsjers gehad. Een beestje wat op een kleine alpen marmot lijkt, een ground squirrel, komt om het huisje lopen waar we uit de wind aan een picknicktafel zit te eten.
Om de omgeving te verkennen, volgen we een pad rond het meer. Het voert door prachtig naaldwoud en door sappige bosjes. Onderweg krijgen we van diverse mensen die ons tegemoet komen te horen dat er een moose in de rivier staat. Vol spanning lopen we verder, benieuwd of we de eland nog zullen zien. En daar staat ze, met haar buik in het water en snoept van de waterplanten met haar kop onder water. Het is ongelofelijk hoe lang ze met haar kop onder water kan blijven staan. Ze ziet er een beetje sullig uit, wanneer ze druipend van het water langs haar neer hangende oren en met een bek vol waterplanten weer boven komt. Ze laat zich niet afschrikken door al die toeschouwers die achter diverse bosjes zitten te loeren. Zelfs als we op de brug staan doet ze net alsof we er niet zijn.
Op het meertje dobberen zwarte eendjes, moeder met kroost. Moeder blijft boven, maar de puber eendjes zijn moeilijk te tellen omdat ze voortdurend onder water verdwijnen. Op een helling boven ons ziet Theo iets wits. Zou het een berggeit zijn, die hebben we nog niet gezien? Met zijn nieuwe camera zoomt hij in. Het blijkt, helaas, een witte steen te zijn. Jammer! Maar een eind verder zien we nóg een zwarte beer, op zoek naar bessen de helling af struinen. Dit is een goede dag.
Weer terug in de auto rijden we dezelfde weg terug naar Babb, er staan nog steeds mensen te kijken naar de eerste beer die we zagen.
Van de "Road to the sun high way", door het park wordt gezegd dat het de mooiste weg is die er bestaat. Oké hij is mooi, maar we hebben tijdens onze reis toch heel wat wegen gezien die in ieder geval net zo mooi zijn.
De weg kronkelt door het berggebied van Glacier National Park, met ruige hoge kale bergen, omringd door puinhellingen en een rand van mooi groen naaldbos. Je kan mooi de lagen zien in de kale rotsen. Hoog op de berghellingen zien we sneeuw liggen. Onderweg zien we typische oude lage rode bussen met hun zwarte dak, speciaal gemaakt voor dit park.
Langs de kant van de weg, op nog geen meter afstand, zie ik weer een zwarte beer en al gauw vormen we een file van fotograferende automobilisten. Steeds hoger gaat de weg, door steile hellingen omzoomd. Af en toe doe ik mijn ogen maar dicht, ik heb het niet op steile en vooral bochtige weggetjes. Het is er prachtig, dat moet ik toegeven. Menig waterval wordt door ons bewonderd en ook hier is een huilende wand, een weeping wall, volgens het bordje wat er naast staat.
Op de pas staat het visitor centrum met een enorm groot parkeer terrein. Het is al redelijk laat en hongerig besluiten we eerst onze blikjes spaghetti te "consuminderen". Terwijl we dat doen komt er een mistwolk gestaag maar snel het parkeerterrein op drijven. Het lijkt wel een begin van een voorstelling, want van rechts davert plotsklaps een grote groep bighorn schapen de parkeerplaats op. Ze houden ons wel een kwartier bezig. Ons vermakend met semi knokpartijen en geheimzinnige likpartijen van het asfalt. Joost mag weten wat daar lekker aan is. Ze verlaten het podium aan de overkant via een spannend paadje, één van de spelers achterlatend. Die galoppeert er snel achteraan, wanneer hij er confuus achterkomt dat hij alleen is achtergebleven.
Het is donker wanneer er een nieuwe speler verschijnt. Een wagen met flitslichten rijdt het parkeerplaats heen en weer. Foute boel denken we. En inderdaad, een ranger zet ons met zijn autolampen in het licht en verschijnt, compleet met hoed en revolver. Vriendelijk maar beslist verjaagt ze ons van onze slaapplaats.
Het duurt lang voor we via de nu minder enge slingerweg, ik kan tenslotte niets zien, een camping hebben bereikt. Die is natuurlijk vol, daarom gaan we maar op de parkeerplaats staan. We zijn niet de enigen. Hier slapen we tussen de hoge dikke naaldbomen.
Hetty
- comments