Profile
Blog
Photos
Videos
We rijden het bos uit op weg naar de North Rim van de Grand Canyon, tandenpoetsen komt later wel. In het donker rijden we 40 kilometer naar het mooiste plekje voor een foto van de opkomende zon. Onderweg zien we niet zoveel herten langs de kant van de weg als gisteravond, dat waren er tientallen. Die weilandjes, ook wel berm geheten, vinden veel beesten overal op de wereld zeer aanlokkelijk, hebben we gemerkt. Alleen jonge hertjes daar moet je voor uitkijken, die maken onverwachte bewegingen, soms de verkeerde kant op.
Na de geijkte zonsopkomst foto's rijden we het park door. Nu het licht is zie ik pas hoe schitterend het hier is. Prachtige blauwe sparren en populieren met trillende blaadjes en grijze stammetjes omringen liefelijke grasvelden. Een helling vol met kleine populiertjes staat onder zwart geblakerde karkassen. Ook hier zijn de nodige branden geweest. Daarna lopen de wortels van de populieren weer uit en produceren dus bosjes vol met populieren die dus in feite genetisch hetzelfde zijn. Het wordt herfstig, ze kleuren geel, dat doen ze dan ook tegelijkertijd.
Bij de eerste picknickplek worden we verjaagd door tientallen wespen die met ons mee willen eten. Dat wordt zelfs Theo te gortig, normaal zorgt die er voor dat we geen last van wespen hebben. Hij mept er lustig op los en vermoordt ze met blote handen, maar deze overmacht is hem te groot. We vluchten met de auto naar een ander plekje, waar we rustig ontbijten, nadat we twee raven hebben verjaagd. Die waren wel lief de barbecue roosters aan het schoon pikken.
Voor informatie gaan we naar het informatie centrum en in de lodge luisteren we naar een verhaal over de geschiedenis van deze streek. De ranger (met hoed) neemt als rode draad een jeugdboek over de ezeltjes in de grand Canyon. Eerst zijn het de Spanjaarden die dit gebied willen passeren en daarbij wat ezels achterlaten. Daarna Powell, pioniers en goudzoekers die probeerden de Grand Canyon in en uit te klimmen, waarbij ze vaak gebruik maakten van ezels. Ook daarbij zijn nogal wat ezeltjes achtergebleven. In de jaren daarna breidden ze zich vanzelf uit, ze voelden zich hier blijkbaar wel thuis. Het was voor toeristen heel normaal om ze tegen te komen. Later werd er beslist dat de ezeltjes met inheemse dieren concurreren om voedsel en water. Waarop het park in de jaren zeventig zeshonderd ezeltjes met helicopters uit het Grand Canyon park werden gehaald. Die, vertelt de ranger geruststellend, overal en nergens ondergebracht werden.
Het thema ezeltjes wordt uitgebuit, er zijn boeken, knuffels en prullaria van ezeltjes te koop en je kan een foto nemen terwijl je naast een standbeeld van een beroemd ezeltje staat. Er is zelfs een film gemaakt naar aanleiding van het beestje.
Het uitzichtpunt vanuit het bezoekerscentrum voert langs een eng smal pad ver op een rotspunt. Waarbij het feit dat we hier een mijl, zestienhonderd meter, boven het punt waar de Colorado stroomt niet echt helpt om je veilig te voelen. De rock squirrel die op de helling langs het pad van de bloemetjes eet schijnt van hoogtevrees totaal geen last te hebben.
We slaan nog wat water in en bij het verlaten van de parkeerplaats zien we nog een Kaibab Squirrel. Heel bijzonder want hij komt alleen hier aan de noordkant van de grand canyon voor. Een zwart/ donkerbruine eekhoorn met een witte staart. Natuurlijk is hij weer net te snel om een foto van te maken.
Bij het uitrijden van het park zien we op de brede grasvlaktes naast de weg bizons, ingevoerd en overblijfsel van een poging om koeien met bizons te kruisen. Wat niet lukte, bizons waren niet tam te krijgen. Eigenlijk horen ze hier niet thuis, van oorsprong komen ze hier niet voor. Het is een rood open landschap waar we doorheen rijden als we bij Cliff Dwellers, een dorpje, bekijken hoe in de jaren dertig hier huisje tegen en onder grote rotsblokken zijn gebouwd.
In de verte zien we het regenen en bliksemen als we bij Marble Canyon op de brug ver onder ons de Colorado rivier bekijken, die hier groen is. Het is richting Page allemaal indianenreservaat van de Navajo's en dat is te zien aan het aantal marktkraampjes overal langs de kant van de weg en op parkeerplaatsen. Al is het meerendeel leeg op het tijdstip dat we langs komen. Het voelt niet goed om hier in de woestijn te overnachten, vandaar dat we besluiten om op de parkeerplaats van Walmart in Page te overnachten.
Hetty
- comments