Profile
Blog
Photos
Videos
Van de hoge Andes tot de Atlantische oceaan
Andes gebergte
Ik schrijf dit stuk in Punta del Diablo, een klein dorpje aan de kust van Uruguay. Hier blijf ik een week om lekker uit te rusten, bruin te bakken en te surfen aan het strand. Het is ook heerlijk om gewoon niets te doen. Helaas vergeet ik dat elke keer weer. Afgelopen maand heb ik veel gezien, gereisd en gedaan in Argentinie. Er is zoveel moois te zien en zoveel leuks te doen dat ik vaak mijn dagen te vol plande. Elke keer hoop ik dat ik mijn lesje heb geleerd, maar waarschijnlijk zal ik het weer doen. Aard van het beestje...
Vanuit Salta heb ik een tweedaagse toer gedaan naar de noordelijke Andes. Dat gebied bestaat uit droge bergen bezaaid met cactussen, wilde lamas en hier en daar een verlaten bergdorpje, met een prachtige naam zoals Purmamarca, Tilcara en Humahuaca, waar nog afstammelingen van de Incas leven. Deze mensen lijken totaal niet op de mensen uit de grote steden van Argentinie die voornamelijk Europees bloed hebben. In het noorden zijn ze korter, donkerder en hebben ze meer ronde gelaatstrekken zoals in Peru en Bolivia. In de dorpen waren er markten waar kleurige kleden, tassen en lokale lekkernijen werden verkocht. Ik waande me in een ander land en tijdperk. Op het hoogste punt van de toer reden we op zo`n 4000 m hoogte over een weg die door en boven de wolken voerde. Wat een prachtig, mysterieus land. De gids gaf ons wat coca bladeren om te kauwen tegen de hoofdpijn als gevolg van de hoogte. Ik geloofde er niet in maar het hielp wel. Grappig dat de cocaplant, die de basis is voor cocaine, zo veel gebruikt wordt hier: om thee van te trekken en om te kauwen tegen hoogteziekte, honger, dorst en vermoeidheid. Veel mannen werken hier in de mijnen. Ze werken veel, verdienen weinig en kauwen de hele dag cocoabladeren om het leven wat draaglijker te maken.
Koude hel
De volgende bestemming was Mendoza, een leuk stadje in het midden van Argentinie, in een regio die bekend staat om de vele wijngaarden. Hier worden de beste wijnen van het land gemaakt. Het is ook de uitvalsbasis voor trektochten in het Aconcagua national park, waar de hoogste berg van het westelijke halfrond ligt, bijna 7000 m hoog. Het plan was om samen met Niels in Januari deze berg te beklimmen, maar na alvast wat prijzen te hebben opgevraagd bij verschillende trekking organisaties, hebben we besloten om dit maar niet meer te doen. Het zou een dure grap worden. Bijna 5000 dollar voor de 20 daagse beklimming! Dit was wel inclusief eten, drinken, tenten, huur van benodigd materiaal en vervoer per muilezel tot Plaza de Mulas en dragers vanaf daar naar de top. Niels heeft een staatslot gekocht dus we hebben nog eenmiljoenste kans dat we het alsnog kunnen doen...
Ik heb de vijfdaagse trekking gedaan naar Plaza de Mulas, het basiskamp op 4300 m hoogte. Het was een prachtige trekking maar erg zwaar door de hoogte, de kou, de sneeuw en de grote afstanden. De eerste twee dagen was het landschap prachtig en de afstanden vielen wel mee. De tocht ging door verschillende groene valleien omringd door besneeuwde bergtoppen met als hoogtepunt Aconcagua op de achtergrond. Een gigantische gletsjer van 10 km lang bedekt met een bruine laag aarde deed me denken aan een vanille ijsje met een chocoladelaag aan de buitenkant. Je kon het ijs op sommige plekken zien.
De derde dag echter kreeg ik last van mijn knieen, verdween de zon achter een dikke laag wolken, begon het vreselijk te waaien waardoor de temperatuur met 15 graden zakte en sneeuwde het zelfs tijdens het laatste uur klimmen. Ik was hier niet op voorbereid met als enige bescherming tegen de kou een goretex jas. Om het compleet te maken was dit de langste en zwaarste van de vijf dagen en liep ik alleen. Die dag heb ik 9,5 uur geploeterd om 1000 meter te stijgen. Een eindeloze hel, pijn in mijn knieen, ijskoud, naar adem snakkend door de ijle lucht en mezelf vervloekend waarom ik in godsnaam dit mezelf aandeed. Bij aankomst in het basiskamp, toen ik na het eten wilde opstaan om te gaan slapen, ben ik onderweg naar de tent in de sneeuw flauwgevallen van uitputting. Gelukkig kwam ik na een paar seconden weer bij. De dokter nam later mijn saturatie op en die was prima voor waar ik was. Goed eten, veel drinken en rusten was zijn advies. In de tent was het zo koud (-15) dat het water in mijn camelback bevroren was. Het enige wat ik kon doen was klappertandend met al mijn kleren aan in mijn slaapzak kruipen om twee uur te wachten voordat mijn lichaam het opwarmde en ik eindelijk in slaap viel. Ik moest er echter drie keer uit om te plassen in de nacht, maar ik kon me er echt niet toe brengen om de 300 meter in het donker door de kou en sneeuw naar het ijskoude toilet te lopen, dat bestond uit vier houten planken met een gat in het midden waar je kon genieten van de geur van en het zicht op de overblijfselen van de maaltijden van andere trekkers. Heel creatief heb ik mijn bidon precies tot het randje vol geplast. Die was in de ochtend ook bevroren. Sorry Niels, ik zal een nieuwe voor je kopen.
Zelfs tijdens de beklimming van de Kilimanjaro, waar ik op grotere hoogtes heb gelopen en geslapen, heb ik het niet zo zwaar gehad. Ik word een dagje ouder...
Van de kok hoorde ik dat de dag voordat ik aankwam een Spaans meisje door haar vriend dood in haar tent gevonden was. Een hersenbloeding. Het arme meisje was 23 jaar. Een dag later werd een man bewusteloos langs het pad naar Plaza de Mulas gevonden, de vingers bevroren en met de foto van yijn vriendin tegen zijn borst gedrukt. Hij was tegen het advies in van de dokter in het voorgaande kamp toch verder gaan stijgen, ondanks zijn te lage zuurstofsaturatie. Hij heeft het overleefd. Aconcagua laat niet met zich sollen. Ik heb tijdens deze tocht ontzag gekregen voor deze berg die heilig voor de Incas was.
Gelukkig scheen de volgende dag de zon en ging de afdaling een stuk sneller. Nooit was ik zo blij terug te zijn in de bewoonde wereld waar ik twee dagen gerelaxt heb in Uspallata, een bergdorpje, in een hostel prachtig gelegen aan een rivier. Daar heb ik mijn eerste douche sinds vijf dagen genomen. Heerlijk!
Paradijs
Het volgende deel van Argentinie wat ik bezocht heb is een paradijs op aarde. Het Lake District in het noorden van Patagonia, is een gebied bezaaid met diepblauwe bergmeren, groene naaldwouden en witte Andestoppen. Ongelooflijk mooi, bijna te perfect en fotogeniek. Vanuit San Martin de los Andes, een mooi, alpinestyle dorpje met houten huisjes, heb ik een boottocht gedaan samen met Argentijnse, mate drinkende, gezellige oudjes, en watervallen en mooie eilandje bezocht. In de winter is het gebied een populaire ski bestemming.
In het volgende dorpje, Villa la Angostura, had ik pech met het weer. Door de drie dagen van onafgebroken regen begreep ik wel hoe alles zo mooi groen kon zijn. Daar heb ik tijdens een wandeling d*** leren kennen, een Nederlander die al jaren naar Argentinie reist. Hij heeft me kennis laten maken met een vriend van hem, Martin, de eigenaar van een luxe restaurant in het dorp en toevallig ook de broer van onze echte eigen Maxima. Wat is de wereld toch klein...
In Bariloche, de parel van het merengebied, heb ik een paar leuke meiden ontmoet. Twee Braziliaansen, een Belg en een Italiaanse. We zijn naar een salsa feest geweest (wederom op mijn elegante slippertjes), we hebben gemountainbiked in de bergen, gekayaked in het meer en een tweedaagse trekking gedaan in de bergen waar we op het eind kniediep door de sneeuw liepen. Gelukkig scheen de zon en was het niet meer dan vijf uur lopen. We hebben in een berghut geslapen waar het lekker warm was. In de avond begon het hevig te waaien. Sommigen van de trekkers waren aan het kamperen in de sneeuw en toen ik tijdens het eten uit het raam keek zag ik ineens een tent over het meer vliegen, zo van de ene kant van het meer naar de andere! De arme eigenaars renden naar buiten en visten hem uit het water. Helaas was hij gescheurd en waren hun slaapzakken en matjes drijfnat. Gelukkig was er nog plaats in de hut en waren er extra slaapzakken.
Walvissen!!!
In het oosten van Noord Patagonie ligt Peninsula Valdes, een schiereiland waar walvissen gespot kunnen worden in het seizoen, wat half december eindigt. Daar had ik me al wekenlang op verheugd en 16 december, precies een dag na het einde van het seizoen, stapte ik verwachtingsvol op de boot, hopende dat ik niet te laat was. Ik stelde me al voor dat alle walvissen de 15e al hadden gepakt en zich hadden verzameld om de 16e met z`n allen richting Antartica te migeren terwijl ik zinloos in een boot naar ze op zoek was. Het tegendeel was waar. Zodra we nog geen kwartier richting open zee gevaren waren werden we omringd door deze kolossen. Ze zwommen zelfs onder de boot door! Doordat het windstil was waren er geen golven en konden we meters in de diepte kijken. Ik heb nog nooit zoiets indrukwekkends meegemaakt in mijn leven. Ik wist niet waar ik moest kijken. Overal zag je gigantische staarten, hun kop of een deel van hun bovenlichaam uit het water komen en grote vinnen op het water klappen. Sommigen maakten een brommend diep geluid wat ver droeg en prehistorisch klonk uit deze indrukwekkende reuzen van de oceaan. Een baby zwom van zijn moeders zijde naar onze boot om daar een show te geven. Hij draaide rondjes en kwam half uit het water om weer hard neer te komen. Deze "baby" was zo`n 10 meter lang!
In de middag hebben we een paar punten op het schiereiland bezocht waar we pinguins, zeelolifanten en zeehonden konden bewonderen. Onze gids vertelde glunderend en vol trots dat een mannelijke zeeolifant wel 4000 kg kan wegen en dat er ongeveer 500 mannetjes tijdens het paarseizoen op Valdes in een paar maanden tijd 25.000 vrouwtjes moesten bevruchten. Dat is 1 op 50! In deze periode slapen en eten ze niet en verliezen ze zo`n 17 kg per dag aan lichaamsgewicht door de vele lichaamsbeweging. Hoezo machocultuur in Zuid Amerika? Zelfs de dieren maken er deel van uit...
- comments