Profile
Blog
Photos
Videos
Eigenlijk wilden we met de Navimag (expeditie)boot van Puerto Montt naar Puerto Natales. Een wonderschoone reis van drie dagen langs gletsjers enzo... maar die was vreselijk duur (nu in het hoogseizoen letterlijk het dubbele van de ´normale´ prijs) en vertrok pas over een week, dus de keuze werd vervolgens: vliegtuig of bus. De bus viel af vanwege een groot sociaal protest en blokkades op een knooppunt van wegen bij Aisén. Bleef over een vliegreis van drie uur naar Punta Arenas, helemaal in het zuidelijke puntje van Chili (in Patagonië) en bijna de meest zuidelijke stad ter wereld (alleen Ushuaia in Argentinië ligt als stad nog zuidelijker) en vandaar naar Puerto Natales. Het was een prachtige vlucht over de talloze eilanden van de Chileense Archipel en Patagonië... in het ´Chiloë´ blog hebben we hier al e.e.a. over geschreven.
Punta Arenas ligt aan een van de uiteinden van de Straat van Magellanes, jullie allen natuurlijk welbekend van de eerste zeiltocht rond de wereld. Verder op enkele uren rijden en/of vliegen van de dichtstbijzijnde volgende stad. Het is nog een verbazingwekkend grote (130.000 inwoners) en moderne stad en heel ruim opgezet, met heel brede straten. Er is natuurlijk ruimte genoeg in Patagonië, maar het heeft als vervelende bijkomstigheid dat de wind er vrij spel heeft. Met name de eerste dag was het bitter koud met een sterke wind. Gelukkig waren de andere dagen heel zacht, een beetje lente-achtig.
Punta Arenas werd oorspronkelijk opgericht als strafkolonie in 1848. Het werd steeds groter en belangrijk voor de internationale handel over de Straat. Het platteland rond de stad kende een goudkoorts en een schapenhouderijboom rond 1900.
Chili gebruikte Punta Arenas om te streven naar soevereiniteit in zuidelijk Zuid-Amerika. Dit leidde ertoe dat de Straat van Magellan wordt erkend als de Chileense grens tussen Chili en Argentinië. Het geopolitieke belang van Punta Arenas is nog altijd hoog in de 20e en 21e eeuw en de stad is heel belangrijk voor de logistiek op het Antarctisch schiereiland.
We hebben er enkele interessante musea bezocht (heel mooi opgezet, kan menige stad nog van leren) en een eilandje met een kolonie Magallanes pinguïns - maar liefst zo´n 50.000 exemplaren! - op een paar uur varen. Je kon de pinguïns benaderen tot op minder dan een halve meter afstand; ze zijn totaal niet bang voor mensen en sommige lijken zelfs te poseren voor de talloze camera´s. De helft van de kolonie is al weggetrokken ivm de aankomende winter, de andere helft moet nog wachten tot de rui voorbij is. Overweldigend!
We zullen een selectie van onze ruim 100 pinguïnfoto´s op het blog plaatsen (voor de liefhebber: kom gerust langs om ze allemaal te bekijken hoor ;-).
Een dag of wat later zijn we naar Puerto Natales gegaan. Dit is een redelijk leuk klein stadje dat dient als uitvalspunt voor de treks in het natuurgebied ´Torres del Paine´. Het draait voor een groot deel op toeristen met veel hostels en tal van winkels voor trekkingspullen.
Torres del Paine is een van de bekendste natuurgebieden van zowel Patagonië als Chili, en de treks hier staan in de top 10 van de mooiste treks ter wereld. Torres del Paine telt 181.000 hectare en je kunt er zonder gids rondtrekken, wat bijdraagt aan de charme. Er een goede kaart te koop met de diverse paden en ´circuits´ die je kunt lopen.
Er zijn enkele plekken waar je in refugio´s kunt overnachten (varierend van een hut of hostel tot een enkel luxehotel) maar die zijn extreem duur en niet zo avontuurlijk. Veel mensen kiezen er voor om te kamperen. Zo ook wij. We hadden de afgelopen weken al geleidelijk spullen hiervoor verzameld en een tentje en matjes aangeschaft. Dat hebben we maar aangevuld met kookspullen zodat we helemaal zelfvoorzienend zouden zijn (overnachten in hostels in Torres del Paine is zo duur dat we de tent er met een nacht kamperen al uit hadden) en we moesten natuurlijk ook voor 4 dagen eten meenemen. Voor twee mensen loopt dat nog behoorlijk op qua gewicht, zelfs als je, zoals wij deden, alleen maar gedroogde etenwaren (denk risotto, pasta, aardappelpuree, tonijn) meeneemt die je met water gaar kunt koken. Dat water hoef je gelukkig niet mee te sjouwen want in het natuurgebied kun je al het water in de talloze stroompjes gewoon drinken. Geweldig J
Je mag geen afval achterlaten in het gebied: alles wat je meeneemt, moet je ook mee terugnemen, en terecht. Dat laatste kan echter lastig zijn, blijkbaar. Een paar maanden geleden is een groot deel (ca. 25%) van het gebied afgebrand toen een toerist zijn toiletpapier liever verbrandde dan weer mee terug te nemen. Echt ongelooflijk en bijzonder schokkend als je ziet wat er allemaal is verbrand. Zo verschrikkelijk zonde. Deze man is inmiddels gepakt en zijn leven in Chili niet meer zeker... Torres del Paine is heel geliefd bij Chilenen.
Je kunt dus verschillende routes lopen in Torres. Een van de meeste bekende en mooiste is het W-circuit, waarbij elke poot van de W een vallei is. Je loopt dus steeds een andere vallei in (en terug). Deze route duurt normaliter 4/5 dagen en 4 nachten; wij wilden het doen in 4 dagen en 3 nachten en hadden innmiddels een goede conditie opgebouwd, dus volgens onze planning liepen we een aantal dagen een stuk extra. We zaten na het hoogseioen, en een paar (handig gelegen) campings waren al gesloten, hetgeen een goede planning nog best lastig maakte. Gemiddeld hebben we elke dag wel een uur of 6 á 7 gelopen met een behoorlijke stijgingsgraad, dus veel geklommen en gedaald. Het terrein is bergachtig en de paden lopen soms 45 graden of meer omhoog. Men rekent dat je ongeveer drie kilometer per uur kunt lopen in het gebied met alle bepakking; veel minder als je klimt, iets meer als je daalt of als het ´vlak´ is (lees: Andesvlak; inmiddels zijn we mentaal voorbereid).
Om in het park te komen is het bijna drie uur met een bus en dan nog 50 minuten per catamaran een lagune over. De eerste dag was het weer wat slechter, bewolkt en miezerig en met name ´s nachts veel regen (even spannend maar gelukkig hield ons ultralichte tentje het tegen alle verwachtingen in redelijk, met maar weinig lekkage). De andere dagen waren gelukkig droog en heerlijk loopweer. Het weer in Torres is notoir onvoorspelbaar en kan per vallei variëren.
In de eerste vallei ligt een gletsjer die een eigen microklimaat heeft en in dit geval regen meebracht. Maar je kon vlakbij de gletsjer komen, onze eerste keer, echt adembenemend mooi! Vanwege het slechte weer kozen we voor een camping bij een refugio, waar je in ieder geval droog en een beetje wam kon zitten en een douche aanwezig was (al klonk de beschrijving luxer dan de werkelijkheid). Een deel van de eerste en de tweede dag voerden nog door (deels) verbrand gebied, pas op dag 3 en 4 kon je echt helemaal zien hoe bijzonder mooi Torres is.
Door de zware regenval was de tweede vallei helaas voor een gedeelte (de punt) afgesloten. Een rivier die je door moest steken stond te hoog en stroomde te hard... Jammer, maar je kon nog wel een behoorlijk stuk omhoog klimmen. Heel mooi, supergroen met rivieren, stroompjes, rotsen en prachtige uitzichten op een gletsjer en het meer. Het weer was deze dag prima en we hebben op een vrije camping gestaan bij de rivier (waar in principe niets was qua faciliteiten behalve een los toilet en een afdakje waaronder je kunt koken). Een van de mooiste lokaties ooit.
De derde dag was een mooie maar lange dag. We hebben we een groot deel van de derde poot van de W gedaan, met weer heel gevarieerde landschappen en diverse stromen en riviertjes die je over moest steken. Op dag 4 vervolgens voor het ochtendgloren opgestaan om helemaal omhoog te klimmen in de vallei naar de Torres del Paine (drie bergpieken als torens naast elkaar) en vervolgens helemaal naar beneden naar de ingang van het park waar in de loop van de middag een bus terugging naar Puerto Natales.
Het was een indrukwekkende, onbeschrijflijk prachtige, en best zware trek. De tent viel wat klein uit (zou groot genoeg moeten zijn voor vier mensen maar was dat ternauwernood voor twee Nederlanders, met name in de lengte) en de matjes waren dun (wel licht, we hadden ze dan ook gekozen op gewicht). En je kunt eigenlijk niet genoeg bij-eten (of eten meesjouwen) om alle caloriën aan te vullen die je verbrand bij het meesjouwen van al dat eten in de bergen, dus op het einde van de trek heb je behoorlijke trek. Maar daar staan tegenover de charme van de kampeerplekken en het zelfvoorzienend zijn, plus de enorme gevarieerdheid aan prachtige landschappen. Dus ondanks de ontberingen... de tocht meer dan waard!
Na afloop had Rob het toch wel even gehad met al dat wandelen en sjouwen en wilde Miranda nog wel een paar dagen blijven... Je kunt in het gebied ook een circuit doen in de vorm van een O. Dat duurt 6-8 dagen... een volgende keer wellicht.
Maar, eindoordeel: onbeschrijflijk mooi en zeker een van onze hoogtepunten!
- comments