Profile
Blog
Photos
Videos
Het is gelukt, we zijn in Laos! We hebben met de laatste bus het Tet-festival en een verplicht verblijf van een week in Dien Bien Phu kunnen ontvluchten.
Gisteravond om kwart voor tien kreeg ik nog een mailtje van Ivana. Ze was weer naar het busstation gegaan en had nu iemand ontmoet die goed Engels sprak. Hij vertelde dat er de volgende ochtend om half zes een bus naar Oudomxay zou gaan, een stadje in Laos, op de weg naar Luang Prabang. We zouden om vijf uur op het busstation moeten zijn om een kaartje te kopen.
Hetty was 'not amused' toen ik haar vertelde dat de wekker niet om vijf uur zou gaan, maar al om half vier. Onze nachtrust zou nog minder zijn dan de nacht ervoor. We willen er wel zeker van zijn dat we al om half vijf kunnen uitchecken en een taxi kunnen vinden. Ik kleed me daarom weer aan en loop naar de receptie. De arme man begrijpt niets van mijn vragen, en denkt dat ik meteen al wil uitchecken. Ik vraag een papiertje en een pen, en schrijf het voor hem op: "CHECKOUT 4.30 A.M. ??" en "TAXI TO BUSSTATION 4.30 A.M. ??". Dit begrijpt hij meteen, en geeft aan dat het prima is. Als ik vraag of er dan al wel iemand bij de receptie is, zegt hij dat hij er zelf is. Hij slaapt namelijk achter de balie.
Na een erg korte nacht staan we inderdaad even voor half vijf weer bij de receptie. De receptionist staat al voor ons klaar. Omdat we het ontbijt moeten missen, heeft hij een tasje met broodjes, boter en jam voor ons klaargemaakt. De taxi is onderweg, vertelt hij. De taxi blijkt geen officiële taxi te zijn, maar waarschijnlijk een privéauto van een vriend van de receptionist. Uiteraard is er geen taximeter, en de prijs die de chauffeur vraagt is tweemaal zo hoog als het al overtrokken bedrag van gisteren. Pas als we onze bagage weer uit de auto halen, gaat de chauffeur akkoord met een redelijker bedrag. We hebben geen zin om het op de spits te drijven, want we willen nu wel snel naar het busstation, en waar vindt je vier km buiten de stad zo snel een andere taxi om half vijf 's-morgens?
Als we tien minuten later aankomen bij het busstation, staan daar al acht jonge toeristen rond een grote stapel rugzakken. Ze zijn net met de nachtbus uit Sapa gearriveerd, en willen net als wij naar Laos. Ze wijzen naar een busje met voor ons onleesbare Laotiaanse teksten. Die zou om zes uur moeten gaan rijden. De één zegt dat de chauffeur speciaal voor deze rit is opgetrommeld. Een ander beweert dat we helemaal niet naar Laos kunnen gaan, omdat vanwege Tet de grens aan de Vietnamese kant al dicht zou zijn. Feit is wel, dat het ticketloket nog geen kaartjes verkoopt.
Even later voegen Ivana en Tomas zich bij de groep, en de twee Fransen die eigenlijk nog een dag hier wilden blijven. Ze hebben zich bedacht en willen ook gebruikmaken van de misschien voorlopig wel laatste mogelijkheid om met de bus naar Laos te gaan. Er meldt zich nog een wat oudere Australische dame, en twee jonge Duitsers, die nog graag met deze bus mee willen. Inmiddels hebben zich rond de groeiende stapel rugzakken al bijna meer mensen verzameld, dan het aantal van 21 beschikbare zitplaatsen in het busje.
Als om kwart voor zes de chauffeur en bijrijder het busje open maken, lijkt het dan toch allemaal waar te worden. Het ticketloket verkoopt echter nog steeds geen kaartjes. We moeten nog geduld hebben. Even later is ook daar alles in kannen en kruiken, en blijken wij nog precies voldoende Vietnamese dong te hebben voor de kaartjes. We houden nog net een paar centen over om voor het vertrek nog even naar het toilet te kunnen gaan. Bij onze reisgenoten komt er een zwarte markt op gang tussen mensen die nog ruim voldoende dong hebben, en anderen die alleen nog dollars hebben. De bagageruimte van het busje zit al snel vol. Vrijwel alle grote rugzakken verdwijnen naar het dak. We hopen dat het droog blijft, want we hebben ze niet waterdicht ingepakt.
Om zes uur is het busje vol, en kunnen we vertrekken, denken we. Dat doen we echter nog niet, want een kwartier later brengt een jonge dame op een scooter een aantal grote dozen die nog mee moeten. Deze komen in het gangpad te staan, waardoor we ons bijna niet meer in- en uit kunnen bewegen. Zijn we dan nu klaar voor vertrek? Nee hoor, een half uur later brengt dezelfde jonge dame met haar scooter een groot aantal kleinere doosjes. Ook deze passen er nog in, als je dat echt wil. Tijdens de rit blijkt wel, dat je op deze manier geen kwetsbare goederen moet laten vervoeren, want iedereen loopt over de dozen, of zit erop. Als ze uiteindelijk worden opgehaald, zijn ze gescheurd en ingedeukt. Zover is het echter nog niet. De chauffeur haalt bij iedereen de tickets op, en loopt ermee naar het ticketloket, waarschijnlijk om daar meteen zijn geld op te halen. De helft van het ticket krijgen we weer terug als betalingsbewijs. Uiteindelijk vertrekken we dan even voor zeven uur. De reis verloopt grotendeels hetzelfde als gisteren. Het is verbazingwekkend dat tijdens de reis nog zes mensen, een zak rijst en verschillende boodschappentassen in het al overvolle busje kunnen worden gepropt. Wat ons minder verbaasd is dat net als gisteren de Vietnamezen ook vrijwel alle meereizende Laotianen in staat zijn om tijdens de reis meerdere malen hun maaginhoud in een zakje te deponeren. Wanneer de voorraad van de bijrijder tijdelijk op is, blijkt Hetty nog te beschikken over een paar plastic tasjes en de van het hotel meegekregen vochtige doekjes.
De formaliteiten aan de grens gaan redelijk snel. Aan de Vietnamese kant krijgen we een uitreisstempel, aan de kant van Laos twee formulieren om in te vullen, die vervolgens niemand leest, en een route langs drie loketten waar je achtereenvolgens 36, twee en anderhalve dollar mag afgeven. Gelukkig had ik vorige week hiervoor al voldoende euros omgewisseld voor dollars, want bij het betalen met dong wordt een wel erg ongunstige koers gehanteerd.
Om tien uur wordt er al gestopt om te lunchen. Wij slaan over, want we hebben net onze broodjes uit het hotel weggewerkt en hebben nog geen honger. Ook hebben we bij de grens de diverse aanbiedingen van douaniers afgewezen om dollars voor Laotiaanse kip te wisselen. We gaan ervan uit dat we later op de dag bij een geldautomaat een betere koers krijgen.
Er gaan tijdens het rijden weer vele onbenutte fotomomenten voorbij. We rijden lange tijd langs een prachtige rivier, maar ik blijk dan net aan de verkeerde kant van het busje te zitten.
Aan het begin van de middag gaan we ons steeds meer zorgen maken over de chauffeur. Hij zit overduidelijk te worstelen met de slaap. Hoewel onze gemiddelde snelheid erg laag is, zijn de afgronden naast de weg zodanig dat je je eigenlijk geen stuurfout kunt permitteren. Tomas doet het raam open en biedt de man een fles water aan, maar dat blijkt hij zelf wel voldoende te hebben. Het enige dat we kunnen doen is hem via de spiegels goed in de gaten te houden.
Om drie uur komen we in Oudomxay aan. Ivana, Tomas en nog vier anderen regelen een tuktuk om nog verder te rijden naar Luang Prabang. Dit is een tocht van vijf uur. Wij vinden het voor vandaag genoeg geweest, checken in in het guesthouse aan de overkant, en gaan met twee Italiaanse en twee Duitse medepassagiers op zoek naar een restaurant waar we lekker kunnen neerstrijken. Na het eten maken we nog een wandelingetje, en raakt Hetty in gesprek met twee jonge monniken met hun oranje gewaden. Ze lopen met een tekstboek Engels rond, en zijn blij dat ze hun zojuist verworven talenkennis in de praktijk kunnen uitproberen.
Morgen moeten we eerst naar een ander busstation, zes km hier vandaan. Daarvandaan vertrekt een paar keer per dag een bus naar Luang Prabang.
Theo
- comments