Profile
Blog
Photos
Videos
Nepal ligt niet volledig in puin, noch is iedereen is bezig met de gevolgen van de aardbeving. Ja, overal waar ik loop in Kathmandu zie ik bouwwerkzaamheden, maar het niet alsof ieder huis toen is ingestort. Iets wat wel zo leek toen ik de beelden van de aardbeving in 2015 vorig jaar op televisie zag. Zo blijkt maar weer hoe verkeerd een beeld kan zijn wat weergegeven wordt door de media. Het is niet zo dat het land niet geraakt is door deze afschuwelijke natuurramp, maar het is ook niet zo dat iedereen hier nu in een hutje woont. De uitermate vriendelijke en veerkrachtige bevolking hier zet zijn schouders eronder en herbouwt alles zonder ook maar een klacht of een zucht te uiten. Ze zijn hier niet zomaar klein te krijgen.
Door mijn stage krijg ik een inkijk in het dagelijks leven van de mensen in Nepal. Dit begint al op weg naar kantoor. Rustig lopend door de straten probeer ik niet te diep in te ademen. De stoffige lucht hier in Kathmandu heeft me al een 'Nepalese' rochel gegeven en mijn snot is inmiddels grijs. Binnenkort zal ik denk ik ook maar moeten geloven aan een medisch masker op mijn kop, het ziet er niet uit, maar het houdt in ieder geval iets van de smog uit mijn longen. Na een wandelingetje van 20 minuutjes prop ik mezelf in de mini-van. Als ik geluk heb kan ik rustig met 2 billen op een stoel zitten, maar als ik pech heb sta ik dubbel gebogen in de mini-van. Het is iedere keer weer een gok om op een van deze busjes te stappen aangezien we nog niet ontdekt hebben hoe we de route van deze busjes kunnen zien… het Nepalese bordje op de voorkant maakt me in ieder geval niet heel veel wijzer. Als het busje ineens afslaat waar het rechtdoor zou moeten gaan, probeer ik altijd panisch duidelijk te maken dat ik eruit moet, om te voorkomen dat ik ineens nog 10 minuten door de smog moet lopen. Aangekomen op kantoor begint de dag met de meest vriendelijke bewaker ooit, terwijl hij hardop lacht, salueert en met pretoogjes me aankijkt vraagt hij standaard: "How are you?". Daarna is het tijd voor een ander Nepalees ritueel: Masala tea. Al probeer ik hier wat op te minderen want deze melkthee met kilo's suiker is allesbehalve goed voor de lijn. De echt Nepalese lunch, Dahl Baht (linzensoep met rijst) die we hier iedere dag krijgen voorgeschoteld beviel me de eerste dagen heel goed, maar ik moet eerlijk zeggen dat het me nu al een beetje de neus uit komt. Het vinden van de kaaswinkel was dan ook een grote triomf. En het eerste stuk kaas na 4 maanden smaakte zooooo goed. Ik kan nu zowaar als een echte Hollander een broodje kaas mee naar kantoor nemen voor lunch. Iedereen in mijn omgeving was ook blij dat ik mijn kaas gevonden had, want schijnbaar bracht ik het onderwerp daarvoor zo'n 4x per dag op. Blijkbaar is mijn kaas-verslaving na 5 maanden nog niet genezen…
Voor mijn thesis bij Handicap International, een internationale non-governmental organisation, doe ik onderzoek naar de kwaliteit van leven van families met een kind met een beperking. Ik wil hierdoor een beeld krijgen van de impact van de handicap op de hele familie. Om dit te onderzoeken mag ik twee keer op veldwerk naar rurale gebieden van Nepal: Sarlahi in het vlakke deel van Nepal en Dadeldhura in het westen en heuvelgebied van Nepal. Inmiddels ben ik al terug van mijn eerste trip en ga ik over 3 dagen op mijn tweede trip. Hier zal ik de volgende keer wat meer over uitweiden.
Ik woon in een appartement aan de rand van Thamel, de toeristenwijk van Kathmandu. Op iedere straathoek is hier een trekkingswinkel en hangen de foto's van Everest, Annapurna en alle andere machtige bergen van de Himalaya. Het was altijd al een droom van mij om een trek door de himalaya te mogen maken. Maar toch leek het erop dat, alhoewel ik dichterbij was dan ooit, het niet ging lukken aangezien ik pas vrij van stage kon krijgen in de laatste weken, wat tijdens de moesson zou zijn, een periode waarin er geen trekkingen mogelijk zijn. Voor mij voelde het alsof ik een klein kind in de snoepwinkel was, waar ik niets mocht aanraken of proeven. En ineens had ik een week vrij tussen mijn twee weken veldwerk en kon ik toch op trek, geen lange zoals ik graag nog een keer wil doen, maar toch een 7 daagse trek is voldoende om Annapurna Base Camp te bereiken op 4130 meter, en Annapurna I , die met zijn 8091 meter in de top 10 staat, te aanschouwen. Zogezegd, zo gedaan. Met mijn permit en eindeloze hoeveelheid laagjes kleren was ik kon ik samen met Mareike en Kim op pad. Ik had van tevoren al ergens gelezen dat het pad, meer leek op een eindeloze trap. Alhoewel ik het toen niet echt serieus nam, kan ik nu echt geen trede meer zien. Na 2 uur een trap op lopen om vervolgens aan de andere kant van de heuvel weer 1 uur een trap af te moeten lopen is gewoonweg niet grappig. Toch was het niet alleen maar kommer en kwel, na de eerste dag hiken, waarvan het laatste deel in de stromende regen, klaarde de lucht ineens op. Daar vlak voor onze neus konden we ze al zien: Fishtail (ofwel Holy Mountain), Annapurna I, en Annapurna South. De motivatie was gelijk weer op pijl en de volgende 2 dagen was het op weg naar Annapurna Base Camp. Onze eerste sunrise poging mislukte, door de dichte mist en het gebrek aan zonlicht om 4 uur 's nachts konden we het pad naar het laatste kamp niet meer vinden. Terug naar bed en later op de dag opnieuw proberen. Eenmaal boven aangekomen zagen we het bordje: ABC, 4130 meter, maar van alle hoge bergen was geen spoor te bekennen. Dus wachten in de hut, ondertussen toch wel licht verkleumend. Rond een uur of 4 's middags klaarde het weer iets op maar net genoeg om het dal te zien, en niet om ook echt de toppen van de omliggende bergen te zien. Op naar bed en duimen dat het de volgende dag beter wordt… 5 uur ging de wekker, iets angstig keek ik naar buiten. Daar was het een strakblauwe lucht, volle maan en overal om me heen de reuzen van de Himalaya. Langzaam verlicht de zon de toppen en kleuren ze even goudkleurig op, de Tibetaanse gebedsvlaggetjes maken het allemaal nog magischer. Nu ik dit schrijf wil ik acuut weer terug. Het gevoel dat je daarboven hebt is onbeschrijfelijk. Ik weet in ieder geval zeker dat ik terug kom naar Nepal om een andere, of nog een keer de dezelfde trek te doen. In twee dagen zijn we vervolgens de berg afgestormd en totaal kreupel kwamen we aan in Pokhara. Maar de pijnlijke benen en voeten zijn zo vergeten als ik terugdenk aan base camp.
Het is nog 7 weekjes tot ik de hoogtes van Nepal verruil voor het platte Nederland. En alhoewel ik dacht dat ik dit nooit zou zeggen, moet ik eerlijk toegeven dat ik ook wel weer zin heb om terug te gaan naar mijn oude vertrouwde omgeving. Een zomer in Nederland is zo gek nog nietJ
Tot snel!
Liefs, Tessa
- comments
Marion Weer en mooi verhaal. Na een "moeilijk" afscheid in Thailand, geniet je alweer met volle teugen van het mooie Nepal. Fijn dat je eindelijk kaas hebt gevonden. Brengt toch weer een Nederlands gevoel. Ik zorg dat ik over 6 weken een lekker stuk oude kaas voor je heb. Succes de laatste weken!!! Marion