Profile
Blog
Photos
Videos
Na het ubertoeristische Cuzco is het tijd om de terugreis richting Buenos Aires te aanvaarden. Aangezien we nog een maandje daarvoor hebben, doen we het lekker rustig aan en is onze eerste stop in Arequipa, een industriele stad van 2 miljoen inwoners in Peru, omgeven door vulkanen en canyons. Industrieel klinkt vies, maar de stad zelf is erg mooi, en het hostel (The Point) waar we zitten is veel te relaxed (gezellige bar, goed ontbijt ?s ochtends, fijne hangmatten). Dit deel reizen we samen met Adam en Jessie, twee amerikanen die we tijdens de Salkantay-trek ontmoet hebben, maar die enkele relatieproblemen hebben waar we ons graag buiten houden.
Arequipa zelf heeft zoals elke stad in Zuid Amerika een centraal plaza met fontein en catedraal, waaromheen alles een beetje gebeurt. Het mooie van Arequipa is dat alle gebouwen van vulkanisch wit gesteente zijn gebouwd, daarom wordt het ook wel de ?white city?genoemd, en alle gebouwen zijn ook erg sjiek in coloniale stijl gedecoreerd. Toeristische hoogtepunten zijn: het lekkere en goedkope peruaanse eten, zoals guinea pig (=hamster), een groot klooster en een ice mummy die in de omgeving is gevonden.
De eerste dag hebben we een beetje in de stad rondgedwarreld en hebben het klooster bezocht, dat echt een kleine stad in een stad is, en souvenirs gekocht. Verder heerlijk gelunched met gezonde en verse Jugos en gefrituurde halve kip, en de lokale markt bezocht. In die markt hebben ze naast geitenkoppen, stierenballen, alle soorten fruit, puppies (voor 4 euro), potten en pannen, kippenpootjes inclusief tenen, het meest smerige dat we ooit zijn tegengekomen: Jugo de Rana con Maca. Vertaald: gepureerde kikker, gepocheerd met potentmakend lokale biet. De betekent dat er een bak met kikkers staat, een blender ernaast, een een peruviaan die vrolijk het gemixte bruine goedje naar binnen werkt en stellig beweert dat het gezond voor je is.....
Gelukkig hadden we dat spul niet nodig voor de tocht die we de volgende dag begonnen naar de Colca Canyon, de diepste canyon in de wereld waar de oog in oog met de condor kan komen. Na een avondje pokeren om 5 uur op, is het 5 uur in de bus slapen om uberhaupt bij de Canyon te komen. Vergeleken met Salkantay was deze tocht een eitje: eerste dag is naar benenen de canyon in, de tweede dag is door de canyon lopen richting een natuurlijke oase (en een oase is hier ook echt een oase incl zwembad en bier), en dag drie is om 2 uur ´s nachts op om in het donker de canyon weer uit te lopen om op tijd de bus te pakken voor de condoruitzichtspunt. Die klim was wel even goed kapot gaan, 1200 meter omhoog in minder dan 2 uur, met kapotte bergschoenen, logischerwijs was berggeit Mandersloot als eerste boven. Boven aangekomen stond ontbijt klaar en dus konden we de eerste bus naar het uitzichtspunt nemen. Ook dat was weer een ervaring op zich. Bij de bushalte stonden namelijk zo´n 50 toeristen te wachten. Nu is dat niet echt een probleem, maar er waren ook 50 Peruaanse dames (en die zijn enigszins gezet iha) met verkooprotzooi die de eerste bus moesten nemen om die rotzooi te verkopen. En dat allemaal in een net iets te klein busje. Op zo´n moment leer je dat FCC niet de meest efficiente manier is om dingen in een ruimte te stapelen, maar dat je Peruanen zo hun eigen wetenschap daarvoor hebben uitgevonden.
De condors waren zeker de moeite waard om zo vroeg op te staan en 20 minuten op elkaar te zitten, fantastisch hoe die beesten sierlijk door de lucht zweven. Aan het einde van de dag naar hot springs gegaan om heerlijk met een cocktailtje bij te komen van de zware beklimming, en daarna terug naar Arequipa. De groep (3 amerikanen (incl Adam en Jessie), 1 rare zweed, 1 israeli, 2 mooie engelsen (die zijn altijd gezellig), 1 canadees en 2 hollanders) was super, en daar hebben we de volgende avonden ook nog mee afgesproken om drankjes te gaan doen.
Terug in Arequipa hebben we uitgedokterd hoe we de rest van de reis gaan invullen (iig veel zon en veel relaxen) en zijn we naar stierenvechten in een nabij dorpje geweest. Wat een gigantische beesten zijn dat, ze vechten tegen elkaar en degene die het eerste wegrent verliest. Aangezien het om veel geld en veel eer gaat, willen we eigenaren graag ook zich in het gevecht mengen en vonden op een gegeven moment twee gevechten op het veld plaats. Leuke fotos zijn dat geworden.
Vanmiddag gaan we nog even de ijsmummie Juanita bezoeken en een buskaartje naar het noorden van Chili (Arica) kopen, waar ze als het goed is een relaxed strand hebben. Daarna is het dwars door Bolivia richting de Braziliaanse jungle, kunnen we mooi piranhas vissen en lekgestoken worden door zwermen muggen.
- comments