Profile
Blog
Photos
Videos
Natuur, natuur, natuur.
Eigenlijk ga ik door waar m'n vorige blog eindigde. Want echt, het is prachtig. Rond Huaraz veel hikes gedaan, van eendaagse tochten zoals Laguna Churup, Laguna 69 en de Pastoruri Glacier, tot aan de vierdaagse trekking Santa Cruz. Dat was weliswaar niet de eerste keer dat ik een paar dagen "off the grid" ging, maar wel voor het eerst dat ik me daar heel bewust van was. Het gevoel om alleen in de wildernis te zijn, fantastisch. Nou ja, goed, niet helemaal alleen. Met tien andere hikers en de Peruanen die enorm goed voor ons zorgden met gidsen, eten bereiden en zorgen dat de ezels onze tenten en tassen meezeulden. Maar toch, de wildernis. Die eerste nacht, toen de lucht opklaarde en we de sterrenhemel konden zien. Niet die sterrenhemel van thuis, met enkele lichtpuntjes verspreid in de lucht. Nee! De volledige sterrenhemel, met ontelbare aantallen lichtpunten. Natuurlijk wist ik wel dat de echte sterrenhemel er zo ongeveer uit zou moeten zien, maar om dat voor het eerst zelf te zien, ik stond met een open mond naar boven te staren...
Eenmaal aangekomen in Ecuador ben ik weer die andere natuur gaan opzoeken, aan de kust. Op Isla de la Plata, ook wel het "poor man's Galapagos" genoemd (waar hebben we die term eerder gehoord?) vogels met blauwe voeten gezien, grote schildpadden, en gesnorkeld met felgekleurde vissen. Weer een voorproefje op het echte Galapagos, waar ik nu steeds meer naar uitkijk.
Cultuur, cultuur, cultuur.
Maar nee, niet alleen natuur. Wat me ook altijd boeit aan dit continent, zijn de pre-koloniale culturen. In tijden die enorm ver terug gaan, bestonden hier al meerdere samenlevingen met hun eigen politieke, religieuze en culturele systemen. Met steden van serieuze omvang. Waar Machu Pichu natuurlijk de bekendste is, heb ik ook deze reis weer boeiende plekken bezocht. Zoals Chan Chan, de voormalige hoofdstad van de Chimu-cultuur dat ongeveer zes eeuwen over grote delen van Peru heeft geheerst tot de verovering door de Inca's. In Chan Chan leefden zo'n 50.000 mensen, voor die tijd enorme aantallen. Het bijzondere is dat zowel de Inca's als later de Spanjaarden de stad hebben gelaten voor wat ie was. En hoewel de tijd minder vriendelijk is geweest, is er ondanks de erosie nog heel veel te zien van hoe die stad ooit was. Overdonderend om te zien hoe groot en uitgestrekt dat was.
Maar ook kleinere locaties kunnen overdonderend zijn. Zoals Huaca de la Luna, een piramide/tempel uit de Moche cultuur. Veel van wat hier ooit heeft gestaan is nog terug te zien, mede doordat de Moches vijf keer een nieuwe tempel hebben gebouwd bovenop de oude. Met graafwerk hebben archeologen dus veel terug kunnen vinden. Denk aan de mooiste muurschilderingen, waarvan de kleuren nog precies zijn zoals toen omdat ze eeuwenlang beschermd zijn geweest doordat ze ingegraven waren. Een stuk noordelijker, bij Chiclayo, is uit dezelfde Moche cultuur ook een piramide gevonden, Huaca Rajada. Deze piramide diende als een tombe, en archeologen hebben de graven van onder andere El Señor de Sipán onaangetast aangetroffen. Hierdoor hebben ze heel veel voorwerpen kunnen veilig stellen, met bovenal enorm veel gouden objecten. Met verbazingwekkend veel vaardigheid gemaakt.
Maar zo zijn er nog zo veel meer bijzondere locaties. En hoewel ik moet toegeven dat ik de musea met archeologische vondsten ondertussen vermijd ("o goh, ja nou, nog een aardewerken pot"), blijft het indruk maken om rond te lopen in zo'n tempel en te bedenken wat er zich daar heeft afgespeeld, eeuwen of zelfs millennia geleden.
Lichamelijke ongemakken
Een ding dat ook bij reizen blijkt te horen, of in ieder geval bij mijn reizen, is dat je ook tegen lichamelijke ongemakken aanloopt. Zeven jaar geleden ben ik in Santiago nog in het ziekenhuis beland, met onverklaarbare pijn in m'n buik. Waarvan de dokter uiteindelijk, bij gebrek aan andere opties, besloot dat het voedselvergiftiging moest zijn, wat ik tot op de dag van vandaag betwist. Een heel tastbare herinnering aan die reis is het litteken op m'n scheenbeen, van een wond die ik bij het surfen had opgelopen en daarna niet goed behandelde. En ik heb nog steeds de enkelbrace, die ik in Chili had gekocht nadat ik eerder m'n enkel verstuikt had bij het paragliden.
Ook deze reis kom ik weer van alles tegen. De meest stupide is wel het verbranden van de zon. Zowel de hoogte in de bergen, als de nabijheid van de evenaar maken dat ik absurd snel blijf verbranden, iets waar je nauwelijks tegenop kan smeren. Sterker, zelfs als de zon verborgen is achter wolken, weet ik het voor elkaar te krijgen om te verbranden. Wat bij een hostelgenoot in Puerto Lopez de verongelijkte vraag opriep waar ik stiekem van de zon had genoten. Maar ook andere fysieke ongemakken. De trektocht naar Santa Cruz begon ik met een zere knie. Blijkbaar bij de voorbereidende eendaagse tochten toch iets te veel van mezelf gevraagd. En dan halverwege de tocht, toen ik ondanks goede acclimatisatie toch last kreeg van hoogteziekte. Niet zo erg als sommige anderen gelukkig... En ook ditmaal was het surfen geen onverdeeld succes. Een dag lessen genomen, om de volgende dag zelf de zee in te gaan. Ging best wel aardig, al zeg ik het zelf, totdat er een pijnscheut door m'n voet trok. Yep, gestoken door een pijlstaartrog. Je weet wel, dat dier dat Steve Irwin fataal is geworden... Gelukkig was het in m'n voet en wisten de mensen om me heen hoe je moet handelen. Maar man, voorlopig blijf ik even weg van de oceaan.
Voor een visuele impressie, check de foto's op deze site.
- comments
Herma Wat een avonturen! En mooie foto’s. Hartel.grt.
Jan Braakman Geniet van je boeiende verhaal! Mooi beschreven.