Profile
Blog
Photos
Videos
Beste volgers,
Allereerst wens ik jullie stuk voor stuk een gelukkig nieuwjaar toe. Ik hoop dat jullie m allemaal zo goed zijn begonnen als ik, want hey, Sydney is 31 december toch de enige stad die er een beetje toe doet? Het mooiste meisje uit de klas zegmaar. Daarover later meer, want hoe wij vanaf die gekke hippies in Noord Queensland, naar het vuurwerk Sydney zijn gekomen is nog een heel verhaal. Heb je even?
Wij ontmoette Eef en mn moeder in Port Douglas, 13 december. T was frappant om ze na zo'n tijd ineens weer zo dichtbij te hebben. Na 2,5 maand had ik ineens weer schone en zelfs opgevouwen kleren, en hoefden we ons even niet druk te maken over waar we morgen zouden slapen. We gingen nóg een keer snorkelen (Sam zag nu ook de haai en schildpad) en nóg een keer het regenwoud in! We waren inmiddels kenners maar hadden toch het beginners geluk van Eef en Urs nodig om een cassoary te zien; een soort uit de hand gelopen struisvogel met blauw en rood. Heel bijzonder en weer een beest om van t lijstje af te strepen.
Na 3 dagen vlogen Eef en Urs verder naar Brisbane en hadden wij onze zinnen gezet op een dikke 3500 km down south naar Sydney. Maar niet voordat ze ons een tas vol waardevolle spullen hadden achtergelaten. Onder andere wat kleren, pepernoten (1000 maal bedankt Rita en Margreet), en cd's, CD'S!!. Dire Straits, U2 en Sting zouden ons die wegen over laten vliegen echt. Daar in Sydney moesten en zouden we voor oud en nieuw zijn, wat dan ook. En daar zijn we aardig in beproefd... Om te beginnen met Emely, Emmel voor intimi en Lil-Em-93 voor haar vermeende YouTube fans, ze zei dat ze rapper was uhu! Deze Duitse vogelverschrikker had via de Australische marktplaats gereageerd op een advertentie voor een lift van Cairns naar Sydney. Als ze een beetje zou meebetalen aan de benzinekosten, namen wij haar op onze comfortabele achterbank mee naar Sydney. Dat zou voor ons ook vast gezellig zijn, dachten we. Omdat we toch zo'n enorme limousine hebben kon ook Sophie uit Italië wel op de achterbank plaats nemen. Onze eerste stop zou zijn 'The Whitsundays', een serie eilanden met de mooist mogelijke stranden op een dag rijden vanaf Cairns.
Het begon allemaal gezellig in de auto, hoewel de twee achterin voornamelijk sliepen. We vonden een mooie plek om te overnachten en gelukkig had Italië een tent bij zich waar ze met z'n tweeën in konden. Wij sliepen in onze auto, ons schatje, onze Falkor, ons meest waardevolle bezit, als ie het doet.. De tweede dag hadden we gedacht nog zo'n twee uur te moeten rijden, daar hadden we ons een beetje op verkeken tot ongenoegen van die Duitse op de achterbank. 'Are wir there already?' 'How fär to go from now?' Dat soort teksten. Ik begon al te twijfelen of ik haar nou aardig vond of niet. Maar het was me eigenlijk allemaal ineens duidelijk toen we in de auto zaten, aan beide zijden van de weg het Australische landschap aan ons voorbij zagen vliegen, de lucht van een dovend bosbrandje onze neusvleugels vergezelde en Sam besloot de cd van Dire Straits af te spelen. Al vanaf de eerste tonen waren Sam en ik met kippenvel bezaaid en zeiden we geen woord meer. Dit is zoiets waarin onze opvoeding overeenkomt, onze paplepels zaten beiden vol met Dire Straits, U2 en Pink Floyd.
Het deed me denken aan de keren dat ik vroeger bij m'n vader in de auto zat, een mooi nummer hoorde en gilde "harder!!", en dat m'n vader dan even gas gaf, in z'n spiegel lachend naar me keek en zei "maar ik rijd al 150!"
Het tegenovergestelde gebeurde hier, terwijl onze muziek op stond begon Emely te zeuren of we misschien Ne-Yo wilden opzetten, nou heeft dat jongetje best leuke muziek maar dat kan natuurlijk niet op tegen de mannen van Dire Straits, dus negeerden we haar verzoeken. En op 'The best of' komt natuurlijk het nummer Brothers in Arms, als automatisch krikte Sam het volume even op, zaten we helemaal in de muziek toen we tot onze grote verbazing ineens via een uit haar zelf meegebracht geluidsinstallatietje de stem van Ne-yo hoorden. Je kan me uitschelden wat je wilt, maar alleen zó kun je mij van m'n apropos brengen. "Put that ding eens heel gauw uit!" De toon was gezet, er moest iets heel geks gebeuren wilden wij nog vrienden worden.
In de dagen die volgden gebeurde er heel veel geks, maar wij zouden geen vrienden meer worden. Emely was niet zomaar een profiteur, zoals we er al zoveel hadden ontmoet. En een beetje profiteren op zijn tijd moet ook kunnen. Maar zij tilde profiteren tot een heel ander niveau, het werd parasiteren... We boekten een boottocht voor de Whitsundays voor de volgende morgen, super duur, maar we moesten het toch gezien hebben. En kom op, 'whiteheavenbeach' daar wil je toch geweest zijn? Overigens hebben we onze tocht nog enigszins weten terug te verdienen door op onbewaakte momenten bijna de hele kiosk leeg te stelen op die boot. Muesli repen, chips en onze hip-hopper LilEmmel had zelfs een knuffel gejat.
Die zelfde middag gingen we weer op weg, voor Christmas in Brisbane leek een haalbaar doel. We hadden onze oude vriendin Liz gebeld, van die farm waar we al eerder hadden gezeten. Wwoofer heaven, met de lekkerste taarten. Daar konden we wel rekenen op een proportioneel kerstdiner, en gelukkig waren we weer welkom. Wij blij, tot we de sippe blik van Emely zagen en ze aan ons geweten begon te knagen door te stellen dat we haar toch zeker niet alleen konden laten met Kerst?! In tegenstelling tot Sophie had zij compleet geen plan. Ze ging ervan uit dat wij die wel voor haar hadden. Ons hart is groot, en die van Liz nog veel groter, want zij mocht zonder lid te zijn van wwoof ook wel op de farm komen. Wij blij, zij blij, maar vrienden? Nee dat niet. Na een paar uur rijden werd het natuurlijk donker en moesten we weer een slaapplek vinden. We namen zomaar een afslag van de snelweg, dat ons op een ongeasfalteerde landweg bracht, pikdonker. Met ons groot licht aan, alert op wilde dieren, zochten we een beek om bij te kamperen. Ineens stonden er 300 koeien op de weg, en ze leken niet blij met ons groot licht. Woest werkelijk keken ze ons aan, en als ze hadden gewild, hadden ze zo een paar deuken in de auto kunnen trappen, maar ze lieten ons passeren. Godzijdank! We vonden een beek, namen een duik (krokodillen zouden toch vast hier niet meer zitten) en gingen slapen. De volgende ochtend zat ik rustig te ontbijten toen er ineens een auto stopte. Ik voelde een preek over het wildkamperen van die bloody Backpackers ook altijd al hangen, maar niets was minder waar. Deze stevig gebouwde boerin in d'r pickup truck kwam gewoon even informeren hoe het ging, waar we heen gingen, of we wel genoeg water hadden, en waarschuwde ons nog even om absoluut niet in de beek te zwemmen! Vorige week was daar nog een 4m krokodil gezien. Toch weer goed weggekomen dan! En ze vertrok weer om tien minuten later ineens weer op te duiken, of we wel genoeg eten hadden? Ik zei dat we nog wel wat bonen hadden maar dat we nodig weer moesten inkopen. Neem dit maar zei ze, en ze gaf me een tas vol eten! Koekjes, fruit, spaghetti wauw! Australiërs zijn zo super aardig, daar wen ik echt niet aan.
Op pad dan maar weer, maar we moesten echt onze watervoorraad aanvullen. In het kleinst mogelijke dorpje wat we tegenkwamen stapten we een huis binnen met de vraag of we onze flessen even mochten vullen. Tuurlijk! Backpackers? Altijd welkom! En toen we vertelden dat we in die beek hadden gezwommen, kon ook zij het niet geloven en stuurde ons meteen haar zwembad in de achtertuin in! Wederom: wauw!
Bepakt met water en eten reden we weer een dag, om vervolgens te stoppen langs de weg op een rustplaats. Emely had weer de hele dag in de auto geslapen, maar was nog steeds doodmoe zei ze. Terwijl Sophie met alle moeite de tent probeerde op te zetten, kreeg Emely nog geen haring in de grond. Dit natuurlijk ook tot grote ergernis van Sophie. Tot overmaat van ramp besloot die rare Duitser, toen Sophie even naar de wc was, dat het wel mooi was geweest met die tent. Ze gooide het tentdoek gewoon op t gras, d'r slaapzak en kussen erop, en dat vond zij haar bed. Italië kon het uitzoeken. Volgens mij was dat ook het einde van de vriendschap tussen Sophie en Emely. Eens en temeer waren wij blij om in de auto te kunnen slapen.
De volgende dag dropten we Sophie in Brisbane, zij ging met iemand anders verder naar Sydney. Wij begaven ons naar de farm, waar dit keer ook Randall, zoon van Liz, vegetariër en bekend documentaire maker aanwezig was. Hij gaf ons wat klusjes te doen in de tuin, en maakte de meest exotische smooties en cocktails voor ons. Tijdens een van zijn betere maaltijden kreeg hij via zijn mail te weten dat hij was ontslagen. We kenden die man een dag en om hem zo in emotioneel aangeslagen toestand te zien, was voor ons toch ook een beetje ongemakkelijk. Maar niet voor onze Emely, zij barstte in lachen uit. Na een verbaasde blik van Randall zei ze maar dat ze moest lachen om een filmpje op d'r iPod, maar ook bij haar gastheer maakte ze geen vrienden.
En toen was het zo ver: Kerstmis! Zonder enig kerstgevoel of kerstgedachte was het toch echt 25 december. Hier vierden ze het wat anders dan hoe ik het ken: een lunch in de schaduw, met wat vrienden, zelf gebrouwen bier en vooral heel veel cocktails. Als iedereen om een uurtje of vier al aardig 'silly' was, werd er rustig uitgebuit in het gras. Sam en ik speelden een potje schaak en Emmel photoshopte er weer vrolijk op los, waardoor ze op die foto's ineens best knap was. Blegh. Met iemand samen reizen moet volgens mij nauw passen, anders zijn ruzies onvermijdelijk. Met Sam en mij gaat dat prima, maar met Emely ging dat helemaal niet, en na een tijdje was alles wat ze deed of zei op de een of andere manier irritant.
Tweede kerstdag vertrokken we, nadat we onze volgende Duitse liftster Jeanie hadden opgepikt, naar Surfers Paradise aan de Gold Coast. Hier zou onze lang gekoesterde droom om met kerst in de MacDonalds te eten in vervulling gaan. Heerlijk! Die Jeanie was trouwens best aardig en had het plan om die avond uit te gaan in het Cherso van Australië. Daar was ik wel voor in, en omdat Sam geen zin had ging ik met die twee Duitse op stap. Een bijkomend voordeel is dat elk drankje dat hen werd aangeboden, ook mij werd aangeboden! Twee Japanners bleven maar betalen en een mooie nacht werd een feit. Na deze gezellige nacht begon ons geluk een beetje te keren. Tot nu toe hadden we nog bijna geen tegenslagen gehad, maar dat werd gauw anders. Toen ik de volgende ochtend in de auto wakker werd, was het enige wat ik wilde: water, strand en een stuk van ons heerlijke kerstbrood. Helaas had Emely ook dat broodje wel zien zitten en die meegenomen naar het strand om m daar te laten wegrotten. De lekkere zee maakte veel goed, en met een iets minder bonkend hoofd liep ik terug naar de auto. BOETE! We stonden tegengesteld aan de rijrichting geparkeerd en kennelijk kost dat geintje 70$. Gelijk betaald en niet meer naar omgekeken.
Vervolgens gingen we op weg naar Nimbin, hippie dorp pur sang. Een 100 meter lange straat vol verslaafden zweverige types en anders denkenden, of gewoon niet-denkenden. Verder was er niet heel veel aan en vond ik het na zo'n korte nacht wel bedtijd. Nadat we de dames in een hostel hadden afgezet, gingen wij op zoek naar een goede spot om de auto te parkeren en te slapen. Zo'n spot moet een beetje afgelegen (het is verboden om in je auto te slapen), in de buurt van een beek en niet op een helling zijn. We dachten er een te hebben, reden langzaam het gras op tot opeens de auto niet verder vooruit kwam. s***! Toen ik de schade ging bekijken zag ik onze Australië reis voor m'n neus in rook opgaan. Zoals ik al zei: de auto is zó belangrijk voor ons. En vooral nu onze deadline op Sydney lag... De achteras was compleet scheef, en als er gas werd gegeven draaide een wiel in de lucht, en kwam de auto niet vooruit of achteruit. Op zo'n moment is ook vaak nèt je telefoon leeg en ben je nèt even de oplader kwijt. Daar sta je dan, ergens in het pikdonker op een landweg met de handen in het haar. Foute boel, dat kon niet anders. Toch nog even proberen te duwen, misschien zat ie wel in een gat. Na onze armen uit de kom te hebben geduwd, kwam Sam op t plan om de auto eens achteruit te duwen. En ja hoor, soepeltjes rolde de etterbak achteruit, terug de weg op. Met de achteras zoals die hoorde! Op dat moment vergat ik m'n kater compleet en stonden we, op de zelfde landweg te springen van vreugde. Zo snel kan het gaan.
De volgende dag ging onze reis verder, naar Byron Bay. Hier hadden we een lekker dagje aan het strand tot een donderwolk roet in het eten gooide. We zochten dekking in de auto. Toen we daar met z'n vieren in zaten, legden we Emely uit dat we die avond nog wat uurtjes zouden rijden, om maar zo snel mogelijk in Sydney aan te komen. Dat beviel haar niet, ze wilde graag in Byron Bay blijven, ze zeurde en zeurde maar kreeg haar zin niet. Ze besloot het over een andere boeg te gooien en zei 'dan blijf ik wel hier', kennelijk niet wetend dat dat voor ons een godsgeschenk zou zijn. Zo snel als we konden gingen we akkoord met het voorstel en zette we haar de auto uit. Als reden gaf zij op dat ze eigenlijk ook niet wist wat ze in Sydney wilde (aangezien wij niks voor haar konden regelen) en ze een 'slecht gevoel' had. Best. Wij zetten onze reis met z'n drieën voort, maar na nog geen kilometer was dat slechte gevoel van Emely ineens helemaal terecht... Het waarschuwingslampje van de motor temperatuur brandde, en bij nadere inspectie bleek de gehele koelvloeistof te zijn leeggelopen. We belden de wegenwacht. De beste man kon ter plekke niets repareren en vertelde ons dat de garages pas 2 januari open gaan. Hij voegde er nog aan toe dat OudEnNieuw in Byron Bay ook best gezellig kon zijn. Dat ging geheel langs ons heen, Sydney was het enige wat telde. Hij zei dat het onverantwoord was, maar dat we een kans hadden Sydney te halen als we om het uur de koelvloeistof zouden aanvullen. Ik hoefde Sam alleen aan te kijken en wist dat we dat zouden gaan doen. Wij moesten naar Sydney, 1000 km verderop, hoe dan ook. En we haalden het! Op een gegeven moment leek het zelfs dat de auto het probleem zelf had opgelost, er lekte een paar uur niets meer! 30 december reden we Sydney binnen, waar Eef en Urs voor ons een kamer hadden bijgeboekt in hun hotel aan het strand! Een bed, luxe eten, en vooral geen stress meer! Walhalla
De 31e keken we met de garage medewerker van het hotel nog eens naar het probleem, en nu was duidelijk te zien dat het water lekte uit een slang. Deze vriendelijke zestiger was inmiddels te bol om nog zelf onder de auto te kruipen, maar zei dat ik dat wel zou moeten kunnen. Samen met hem kocht ik een nieuwe slang en lag een paar minuten later onder de motor van onze Ford Falcon in een plas koelvloeistof een slang te bevestigen. Die zat, all good, zo leek het. Maar de auto startte niet meer na deze kleine ingreep. Van het ene in het andere probleem. Hier kon onze bolle vriend ook niks mee en raadde aan de wegenwacht weer te bellen. Pfff, toch nog een keer een beetje schakelen en proberen te starten, en ja hoor. Weer liet de auto ons met z'n fratsen aardig zweten, maar ze startte weer. Ik zeg 'ze' want ik ben er wel uit dat t een vrouwtje is, ik denk een puber, en ik denk dat ze een beetje ongesteld is.
Zo snel mogelijk parkeerde we haar een paar straten verderop en lieten we haar alleen. Ik dacht dat ze dat wel even kon gebruiken misschien.
Voor ons stond er iets beters op het programma, oudejaarsnacht in Sydney. We hadden kaartjes voor een club, waar Jiske, Elianne en haar zus Elise ook heen kwamen. Het was leuk om na dat gezeur met Emely eindelijk weer leuke mensen om ons heen te hebben. Het was werkelijk een heerlijke nacht, Sydney maakte alle beloftes waar en alle moeite was het waard. Ik baalde dat het voorbij was toen ik de volgende ochtend op de bank van Jiske in het snikhete Manly wakker werd. In onze spijkerbroeken strompelden we naar het strand waar we Katie , ergens familie van Sam, en een vriendin van haar ontmoetten. Veel te heet natuurlijk, maar zij brachten ons weer terug naar onze auto, waarin we die nacht sliepen.
De volgende ochtend vroeg vertrok ik met Eef en Urs naar het vliegveld voor een goede week Tasmanië. Het eiland onder Australië, waar het weer net zo wispelturig is als onze auto, en vooral bekend door de Tasmaanse duivel, een maf zoogdier dat hier mondjesmaat voorkomt. De Aussies zijn trouwens dol op afkorten, zo heet dit Tassie, eet je s ochtends je Brekky, herdenk je Jezus tijdens Chrissy, braad je worst op je Barby en heet Brisbane ook wel Brissy. Nu zit ik hier in Tassie op m'n laatste avond, en kan ik terug kijken op een heerlijke week. We hebben de heetste dag in 130 jaar hier meegemaakt, maar een paar dagen later volstond mijn vest niet tegen de koude wind vanuit de zuidpool. We hebben hier culinair getafeld, terwijl ik twee weken geleden nog rijst probeerde te koken op een BBQ (geen succes). Hoe warm het ook was soms, in zo'n koude zee als hier heb ik nog nooit gezwommen. Oei oei oei, luttele centimeters koud echt. En we hebben van dichtbij mee kunnen maken hoe verwoestend bosbranden kunnen zijn, Tasmanië is lang niet zo hard getroffen maar gelukkig zijn wij veilig.
Urs en Eef vliegen morgen weer naar Nederland en vlieg ik terug naar Sydney, zie ik Sam na een week weer. Het is lang geleden dat ik hem een week nìet heb gezien. Ik hoop dat de auto het weer/nog doet. Misschien heeft ze wat meer aandacht nodig... Een servicebeurt en dan moet Melbourne haalbaar zijn! Hopelijk rijden Damien en Jiske mee, eindelijk een gezellig team in onze auto. Ik heb er weer zin in!
Cheers!
- comments
Margreet, Rita Hoi, Bart, ook van ons de beste wensen voor 2013 en...wat hebben we lang moeten wachten, maar wat zijn jouw "krabbels"de moeite waard. Jammer dat je het feest van Luc mist, geniet de 12de dan maar extra en neem er een borrel op!! Fijn voor je, even die zorg van de moeders. WQij hebben Sarah een beetje bijgehouden en dat bevalt ook heel erg.Bart, ga door met reizen, genieten, je verbazen en...blijf gezond( meld je aan bij de brandweer: daar hebben ze nog wel wat helpers nodig en.....staat altijd goed op je cv. Rita, Margreet
Rita en Margreet Nog even een verlaat bericht: wens Ursula en Eveline een hele goede terugreis toe!!!